MENU

10 tips bergwandelen

Even helemaal tot rust komen in de bergen gaat het best als je goed voorbereid op pad gaat. Om je een handje te helpen geeft de NKBV je tien tips voor een ontspannen en veilige bergwandelvakantie. En de belangrijkste? Geniet!

Steeds meer mensen gaan ’s zomers lekker de bergen in. Wandelen in de bergen is dan ook een fantastische ervaring. En dan is de hoogte niet eens zo belangrijk, ook in de Ardennen, Schotland en Noorwegen kun je heerlijk bergwandelen. Niets is fijner dan sportief bewegen in een prachtige omgeving. Zo kun je jezelf weer helemaal opladen. En moeilijk hoeft het ook niet te zijn: iedereen met een goede gezondheid kan bergwandelen.

1. Breng je conditie op peil

Als je flinke afstanden omhoog of omlaag aflegt, kan bergwandelen best zwaar zijn. Zorg daarom dat je fit de bergen in gaat. Een goede conditie betekent dat je verder kunt lopen en dus meer plezier. Stem de tochten af op je eigen vaardigheden en conditie, maar zeker ook op die van de anderen in je groep. Geef je lichaam tijd om aan de hoogte te wennen, start met een paar rustige inlooptochten zodat je voelt wat jij en je groepsgenoten aankunnen. Thuis kun je al heel wat oefeningen doen om fit de bergen in te gaan. We helpen je op weg.

Fit de bergen in

2. Bereid je tocht voor

Thuis kun je je al oriënteren met gidsjes, kaarten en internet. Eenmaal ter plekke vul je die kennis aan met informatie van de lokale VVV of het gidsenbureau. Check of routes, paden en hutten open zijn en zorg dat je een alternatieve route kent, mochten de condities tegenvallen. Ga niet alleen op pad en laat iemand op je eindbestemming weten wanneer je denkt aan te komen. Neem ook een goede topografische kaart mee (liefst 1:25.000).

Plan je tocht
Extra tip: download de gratis NKBV veiligheidswijzer met noodnummers en weer-websites in ons kenniscentrum.

3. Houd het weer in de gaten

Sneeuw in de zomer en onweer in de middag: het weer in de bergen kan razendsnel veranderen. Lees het weerbericht voor vertrek, wees alert op veranderingen in het weer, leer ze interpreteren en voorkom zo verrassingen. Start vroeg met je bergwandeling om te voorkomen dat je oververhit raakt of in een warmteonweer terecht komt.

Extra tip: Bergsportreizen organiseert weerkunde workshops en bekijk het artikel 'Onweer in de bergen'.

Weer in de bergen

4. Ga op pad met een goede basisuitrusting

Wat je moet meenemen, hangt natuurlijk af van het soort tocht en de omstandigheden. Pak in elk geval een EHBO-set, extra kleding (regenjas en -broek, muts, handschoenen, trui), extra eten/drinken, een (opgeladen) telefoon, kaart/kompas en zonnebrandcrème in.

Paklijst Bergwandelen

5. Trek stevige schoenen aan

Goed ingelopen wandelschoenen zijn een must. De stevigheid en het profiel van de zolen geven grip op natte grashellingen, gladde rotsen en op sneeuwvelden. Hoge schoenen beschermen je enkels en geven meer stabiliteit. Als je op gebaande paden blijft en zeker weet dat je geen sneeuw tegenkomt, zijn lage wandelschoenen ook prima.

Type wandelschoenen

6. Blijf alert

Het lijkt soms aantrekkelijk om het gemarkeerde pad af te steken, maar dergelijke olifantenpaadjes zijn vaak steiler en de ondergrond is losser. Bovendien moet je dan goed in de gaten houden waar het alternatieve pad uitkomt. Ook als je achter anderen aan loopt, is het belangrijk om je hoofd erbij te houden: misschien kiezen zij de verkeerde route of hebben ze meer ervaring dan jij met lopen buiten de paden.

Extra tip: zorg ervoor dan dat je een reisverzekering hebt die bergsportactiviteiten en bergreddingen dekt, zo ben je verzekerd van hulp als er toch iets mis gaat. De NKBV biedt haar leden een voordelige bergsport-reisverzekering. Meer informatie.

De beste reisverzekering

7. Loop beheerst

Zorg dat je zelfs na een paar uur wandelen voldoende energie hebt. Zo voorkom je dat je je evenwicht verliest of struikelt. Steek steile sneeuwvelden alleen over als er een goed spoor ligt en als iedereen in de groep weet hoe je moet remmen, mocht iemand uitglijden.

Bergwandeltechniek

8. Neem voldoende pauze

Pauzeer regelmatig en neem meer eten en drinken mee dan je nodig denkt te hebben. Door onvoorziene omstandigheden kan je tocht langer duren dan gepland. Eet bovendien liever wat vaker kleine beetjes dan een flinke maaltijd in één keer. Wees voorzichtig met het drinken uit natuurlijke bronnen onderweg, bedenk dat vee tot op de grote hoogte graast. Een waterfilter kan uitkomst bieden.

9. Houd rekening met de ander

Heeft iedereen een mooie dag gehad, dan is de tocht geslaagd. De top halen is leuk, maar niet tegen elke prijs. De capaciteiten van de zwakste persoon in de groep bepalen hoe ver en snel je gaat. Wandel je met jonge kinderen, neem de tijd, bedenk onderweg zoekopdrachten en stel een kleine beloning in het vooruitzicht.

Bergwandelen met kinderen
Extra tip: hoe moeilijk een pad is hangt sterk af van de condities en tijd van het jaar. Meer weten over moeilijkheidsgraden van bergpaden? Kijk hier.

10. Respecteer de natuur

Alpenweiden deel je meestal met schapen en koeien, ook al zie je die niet altijd. Laat hekken daarom achter zoals je ze aantrof. Geef kuddes met jonge dieren de ruimte en ga met respect om met de waakhonden van kuddes. Ga ook respectvol om met de natuur, pluk geen bloemen of planten, neem al het afval mee, ook je toiletpapier. Zo kan iedereen genieten van het prachtige berglandschap.

Bewust de bergen in

Meer informatie nodig?

Alles over bergwandelen Op huttentocht