Regelmatig rukt de reddingsdienst uit voor bergsporters die gewond zijn geraakt door het toedoen van dieren. Maar beesten – groot en klein – kunnen zelf evenwel slachtoffer worden van een ongeluk. Uiteraard biedt medisch bergredder Menno Boermans ook dan de helpende hand.
Tekst en beeld: Menno Boermans, 10 november 2024
Met glunderende ogen kijk ik vanuit de heli uit over het prachtige landschap van goudgele lariksbossen, witgeplasterde bergtoppen en een helderblauwe hemel. Einfach Herrlich! Echt lang genieten van dit fenomenale herfstspektakel kunnen we echter niet; we zijn op weg naar het Val d'Anniviers voor een reddingsinzet op een boerenalp. "Twee gewonden door aanval van wilde stier" lees ik op mijn tablet. Nadat we ons ervan verzekerd hebben dat de boosdoener veilig vastgebonden is (we dragen immers felrode kleding), verzorgen mijn collega en ik elk een patiënt. Een kwartier later zijn we alweer in de lucht. Ik geef de verpleegkundige van het ziekenhuis in Sion de status door: "Eén keer man, 61 jaar, schaafwonden aan hoofd en gebroken hand. Eén keer vrouw, 45 jaar, borsttrauma met klaplong. Beiden stabiel. Landing in tien minuten."
Het is niet de eerste keer dat ik uitruk voor slachtoffers van dierengeweld. Aanvallende beren of elanden, zoals ik die uit Alaska ken, hebben we (nog) niet gezien in Wallis. Maar regelmatig komen bergsporters onverwacht oog in oog te staan met andere agressievelingen, zoals bijvoorbeeld gehoornd vee. En dat zijn vaak geen kleintjes. Het lokale Eringerras kenmerkt zich door zwarte dikbillen van soms wel 750 kilo. Een stuk minder gewichtig maar evenzo link is het veelpotige ongedierte. Uit de categorie giftig vinden onder meer de olie-kever, de nosferatu-spin, de zwarte weduwe, de vuursalamander, de geelbuikvuurpad, twee gevaarlijke slangen en drie soorten schorpioenen het goed toeven in de Zwitserse Alpen. Deze zie je gelukkig maar zelden, in tegenstelling tot die andere paniekzaaiers: de insecten. Gedurende de warme maanden komen we zeker wekelijks in actie voor een allergische reactie na bijen- of wespensteek.
Twee jaar terug werd een complete schoolklas tijdens een uitje belaagd. Meerdere kinderen vlogen we naar het ziekenhuis; één meisje was maar liefst 37 keer geprikt. En een collega van me overleefde ternauwernood een anafylactische shock toen hij op de golfbaan in Täsch ten prooi viel aan een zoemende plaaggeest van amper 15 millimeter. Nog kleiner maar net zo venijnig is de Ixodes ricinus, beter bekend als de teek. Waar we in Nederland vooral beducht zijn op een besmetting met lyme-borreliose, kunnen de teken in Zwitserland ook het hersenvliesontsteking veroorzakende FSME-virus overdragen. In de risicogebieden (eigenlijk heel het land behalve Tessin) wordt een vaccinatie aangeraden. Na een tocht altijd even controleren dus.
Ook zeer irritant, weet ik uit ervaring, is de bedwants. Geregeld worden berghutten geterroriseerd door legers van deze gekmakende kriebelbeestjes. De Cabane du Mont Fort bij Verbier bijvoorbeeld. "De hut was twee volle weken dicht en alles is grondig gereinigd. Onder meer matrassen en beddengoed zijn in het dal 72 uur lang bij -25°C ingevroren geweest om alle parasieten te doden" herinnert zich huttenwaard Daniel Bruchez nog goed. Een andere beetwond die we regelmatig zien, is die van een hondengebit. Zo werd bij het dorpje Ergisch een wandelaar met haar kleine Russel Terrier aangevallen door vijf agressieve herdershonden die een schaapskudde tegen de oprukkende wolf beschermden. En dat deden ze uiterst plichtsgetrouw; de vrouw kwam weliswaar met de schrik vrij, teefje Struppi werd gruwelijk te grazen genomen en overleefde maar net. Nu nemen dieren wel vaker de slachtofferrol aan. Zo redde Air Zermatt twee Schwarznase-schapen met een lammetje die op grote hoogte op een riggel geblokkeerd waren. "De boer vreesde voor het leven van het drietal, aangezien een Wintereinbruch gemeld was. We konden ze goddank op tijd in veiligheid brengen", vertelt collega Stefan Imboden.
En ook koeien verzorgen we geregeld, bijvoorbeeld wanneer die op een Alp een poot breken. Hangend aan een lijn onder de heli zweven ze loeiend naar het dal. Het zijn niet alleen kinderen die zich gniffelend verbeelden wat er gebeurt wanneer de koe in kwestie precies op dat moment heel nodig moet. Wie het ook in zijn broek deed was de eigenaar van een hond boven de Riederalp. De reu was achter een gems aan gerend en kwam er pas halverwege de zeer steile rotswand achter dat hij toch geen berggeit was. We konden middels de lier van 90 meter het overmoedige beestje veilig bij zijn bibberende baasje brengen.
Dader of slachtoffer, dieren zijn uiteraard altijd onschuldig en vaak zelfs noodzakelijk onderdeel van het ecosysteem. En het zijn ook juist de ontmoetingen met beesten -tam of wild- die een bergavontuur onvergetelijk maken. Het geklingel van koebellen in de zomer, steenbokken die prachtig afsteken tegen de lucht, een fluitend murmeltier of een bezoek van een alpenkauwtje wanneer je zit te lunchen: het zijn steevast dierbare herinneringen. Doet me denken aan een bijzondere inzet een tijdje terug. Een natuurfotograaf wilde nabij de Simplonpas een slang kieken. De term close-up-opname nam de giftige Aspis-viper echter iets te serieus. Net op tijd konden we medicijnen toedienen om te voorkomen dat de man stikte. Op adem gekomen bekeek hij glunderend zijn buit; hij had precies goed afgedrukt!
Wie ook altijd zichtbaar lol hebben zijn de lawinehonden waar we mee werken. Hoewel het maar zelden lukt om iemand levend onder de sneeuwmassa vandaan te halen, voor de trouwe viervoeter is een zoekactie één groot feest. De bekendste speurneus is wellicht Sint Bernard Barry die tussen 1800 en 1814 tientallen mensen gered zou hebben. Dat er in het kruikje om de nek rum zou zitten is overigens een fabel, leerde ik ooit van monnik Frédéric Gaillard. "De honden brachten zoete thee om de verdwaalde skiërs energie te geven. Daarnaast warmden de honden de slachtoffers op door tegen ze aan te liggen. Eenmaal op kracht gekomen konden ze dan onder begeleiding van de monniken naar het hospice glijden". Wat mooi, bedenk ik me. Deze dappere honden waren dus eigenlijk de eerste bergredders van Zwitserland. En ik kan beamen, dat werk is niet voor de poes!
Bergwandelen met de hond Deze dieren kom je tegen in de Alpen
Koeien en herdershonden een Alpien gevaar?
Wanneer je de bergen opzoekt, is het belangrijk om je bewust te zijn van eventuele risico’s. Een goede reisverzekering is daarom een must. Daarom heeft de NKBV-reisverzekering een bergsportdekking. Deze verzekering heeft een dekkingsperiode van 60 aaneengesloten dagen en omvat alles wat een reguliere reisverzekering biedt, aangevuld met extra dekking voor bergsportrisico’s. Ook op ongebaande paden waar andere verzekeringen stoppen. Opsporing, redding en repatriëring worden vergoed, waar ook ter wereld en wanneer het nodig is.