De laatste twee vierduizenders die Roeland van Oss beklimt, horen bij het Écrinsmassief. Deze bergketen is onderdeel van het zuidwestelijke deel van de Alpen en ligt in Frankrijk, net over de grens met Italië. De hoogste toppen zijn de Barre des Écrins (4.102 m) en de Dôme de Neige (4.015 m).
Het bergmassief ligt grotendeels in het Nationaal Park Écrins, een gebied van 91.800 hectare met daaromheen nog eens een beschermde zone van ongeveer 180.000 hectare. Het nationale park, dat tussen de steden Gap, Briançon en Grenoble ligt, ontstond in 1973 toen verschillende natuurreservaten werden samengevoegd. In 1989 werd, na een eerdere mislukte poging, de steenbok opnieuw geïntroduceerd in het gebied.
Net als in andere berggebieden lopen ook hier de gletsjers in het park, zoals de Glacier Blanc, Glacier de la Girose en Glacier de la Meije, al jaren sterk terug. Ook de sneeuwval is onvoldoende. Metingen half mei 2022 toonden aan dat er in het winterseizoen 45 procent minder sneeuwreserves waren opgeslagen op de Glacier Blanc dan het gemiddelde in de afgelopen twintig jaar.
De Barre des Écrins en de Dôme de Neige liggen aan elkaar vast, de Dôme is als een schouder met de Barre des Écrins als hoofd. De UIAA heeft de Dôme echter wel als aparte vierduizender op de lijst gezet. In 1877 werd de berg voor het eerst bedwongen. Klimmers die vandaag de dag de top willen bereiken, beginnen meestal bij Pré de Madame Carle of La Bérarde en overnachten in de Refuge du Glacier Blanc (2.542 m) of de Refuge des Écrins (3.175 m).
De meest westelijke en zuidelijke vierduizender van de Alpen is de Barre des Écrins. Lange tijd, tot Frankrijk de Savoye annexeerde, was deze berg de hoogste van Frankrijk. Zodra de grens in 1861 getrokken werd, was dat de Mont Blanc – al verschillen de meningen er nog steeds over of deze top nu officieel bij Frankrijk of bij Italië hoort.
De Barre des Écrins werd in 1864 voor het eerst beklommen door een groep Britten en hun Franse gids, onder wie twee mensen die al als eersten op de Matterhorn hadden gestaan. De berg staat bekend om zijn steile zuidkant en is omringd door twee gletsjers: Glacier Blanc en Glacier Noir (bedekt met puin en daarom 'zwart' van kleur). Nog geen honderd jaar geleden kwamen deze twee gletsjers samen en vormden ze samen één gletsjer.
Het nationaal park herbergt een grote rijkdom aan planten en dieren, zoals de steenbok en de steenarend. Biodiversiteit is in en rond het park daarom een belangrijk thema. Het park staat op de Green List van de IUCN. Volgens deze natuurbeschermingsorganisatie telt het gebied 3.179 plantensoorten en 2.175 diersoorten. Daaronder bevinden zich veel zeldzame of beschermde soorten. Ook de rijkdom aan mineralen en landschappen is groot.
In het park zijn verschillende mogelijkheden voor uitjes die draaien om biodiversiteit, zoals botanische wandelingen. Het park heeft een eigen handvest, waar gemeenten die zich in het gebied bevinden, aan moeten houden. In het handvest draait het om de duurzame ontwikkeling van het gebied en om het behoud van natuur en cultureel en landschappelijk erfgoed.
In het park liggen vijf Natura 2000-gebieden. Dit zijn natuurgebieden die door de Europese Unie zijn aangewezen omdat er bijzondere wilde plantensoorten of zeldzame dierpopulaties in voorkomen of omdat het kwetsbare habitats zijn, zoals wetlands, weiden en berggraslanden. In totaal zijn er 29.298 van zulke gebieden in Europa.
Jaarlijks kunnen boeren in de regio meedoen aan de bloemenweidenwedstrijd. Hierbij worden hun akkers en graslanden beoordeeld op biodiversiteit (planten en dieren). Ook wordt er gelet op de kwaliteit van de omgeving. Aan de wedstrijd, een initiatief van de Franse nationale parken, konden eerst alleen boeren in de nationale parken en regionale natuurparken meedoen. Inmiddels kunnen ook boeren daarbuiten deelnemen met hun landbouwgronden.
Als je in het nationaal park bent, kun je op verschillende plekken het label Esprit parc national tegenkomen. Dit label gebruiken 11 Franse nationale parken om aan te tonen welke producten lokaal en duurzaam geproduceerd zijn en welke activiteiten bijdragen aan duurzaam toerisme. Denk aan landbouwproducten, accomodaties, berghutten, uitjes en accomodaties. Bijna 115 dienstverleners en ongeveer 300 producten en diensten dragen het label, online kun je de gids downloaden.
Duurzaam slapen kan op veel plekken in de regio. Gîtes de France heeft een speciaal ecolabel. Op de website kun je op plaats en op regio zoeken naar duurzame accomodaties. Zo slaap je bijvoorbeeld in de gîte-refuge Le Pas du Loup (1.530 m, in Saint-Martin-de-Queyrières) in een houten chalet dat is gebouwd volgens een bio-klimatologisch procedé en dat duurzame energie opwekt door middel van zonnepanelen. De hut heeft bovendien een sterrenkijker, zodat je temidden van de rust van de bergen de nachtelijke sterrenhemel kunt bewonderen.
Zoals Roeland zegt, een beter klimaat begint bij jezelf. We kunnen het wel roepen, maar het begint pas als je zelf actie onderneemt. Lees hier wat jij kant doen!
Als NKBV-lid draag je bij aan het onderhoud van paden en hutten. Elk jaar dragen de leden gezamelijk €400.000,- bij aan het Gegenrechtfonds. En wist je dat je als NKBV-lid korting krijgt in de meeste berghutten in de Alpen?
