MENU

Moeilijkheidswaardering klettersteige

Hoe moeilijk is een klettersteig eigenlijk? Lastige vraag, want er maar liefst vier moeilijkheidswaarderingen in omloop.

Klettersteige(n) zijn routes over steile rotsen via ladders en staalkabels, waar een speciale klettersteig-uitrusting voor nodig is. Het is erg leuk om tijdens een bergsportvakantie eens onder leiding van een gids een spannende via ferrata te beklimmen. Ook voor kinderen kan het klimmen van een (voor hen geschikte) klettersteig een enorme belevenis zijn. De overgang van een met kabels beveiligde wandelroute naar een 'echte' klettersteig is niet helemaal duidelijk.

meer over klettersteigen

Moeilijkheidswaardering in elk land anders

De moeilijkheidswaardering van een klettersteig is in de eerste plaats gebaseerd op de technisch moeilijkste passage. Daar zit 'm gelijk de kneep. Een 200m lange klettersteig in het dal met korte passage van moeilijkheid C is niet te vergelijken met een 1 kilometer lange klettersteig hoog in de bergen die continu moeilijkheidsgraad C heeft. Net zo als je in Nederland bij een wandelpad of fietsroute ook moet kijken naar de context (wat is de lengte, wat is het weer, het seizoen, etc.), moet je dat bij een klettersteig ook.

Er is geen uniforme Europese moeilijkheidswaardering van klettersteige. Er worden vijf verschillende waarderingsschalen gebruikt die pogen klettersteige zo objectief mogelijk in categorieën van opeenvolgende moeilijkheid in te delen. De belangrijkste schalen zijn:

  • Schall (o.a. Oostenrijk, Süd-Tirol, Trentino, Slovenië)
  • Hüsler (Duitsland, Zwitserland, Liechtenstein)
  • De Italiaanse schaal (5 categoriën)
  • De Franse schaal (6 categoriën)
  • Werner (auteur)

Als je in meerdere landen of streken klettersteige doet, is het heel belangrijk om rustig te beginnen, met name als relatief onervaren beoefenaar. Omdat de werkelijke moeilijkheidsgraad van een route per gidsje/auteur en per gebied kan verschillen, kun je beter niet meteen de moeilijkste klettersteig uit een nieuw gidsje als eerste doen. Voorzichtig beginnen en gaandeweg opbouwen is het devies.

Er bestonden lange tijd, afhankelijk van de schaal, vijf tot zes klettersteigniveau’s. De laatste jaren zijn er enkele klettersteige gebouwd die zulke steile en moeilijke passages bevatten dat de moeilijkheidsschaal tot F/G (Schall) of K8 (Hüsler) is gestegen. Ook is er een trend naar steeds langere routes, meer steeds meer fun-elementen zoals netten, touwbruggen, schommels, pendels en ga zo maar door in de route. Met elk niveau wordt de route moeilijker en worden er hogere eisen gesteld aan kracht, uithoudingsvermogen, techniek, durf en mentaliteit. De moeilijkste routes lopen meestal door erg steil en luchtig (geëxponeerder) terrein. De staalkabel die ter zekering dienst is dan soms zo los gespannen dat het niet mogelijk is om deze als voortbewegingsmiddel te gebruiken. De moeilijkheid van de klimtechnische passages kan in dat geval richting 6c of zelfs 7a gaan.


Vier van de vijf belangrijkste moeilijkheidswaarderingen van klettersteige die in Europa gebruikt worden.

Niet overmoedig worden

Hou er dus goed rekening mee dat de moeilijkheid van een klettersteig geen absoluut gegeven is. De ene route kan moeilijker aanvoelen dan de andere, ook al is het opgegeven moeilijkheidsniveau hetzelfde. Daarvoor zijn diverse redenen, zoals bouwjaar en lengte van de route, maar ook zaken als de hoogteligging en expositie, tot meer variabele factoren zoals de vorm van de dag en weersinvloeden. Een ervaren persoon kan daarmee overweg, maar wie relatief onervaren is, of voor wie technisch moeilijke klettersteigs een grote uitdaging zijn, doet er goed aan srustig van start te gaan in een nieuw en onbekend gebied.

Sommige klettersteige stellen hoge eisen aan kracht, conditie en moed. Oververmoeidheid ligt dan op de loer en de kans op een val neemt toe. Omdat je een val op een klettersteig beslist moet vermijden, is het belangrijk om altijd een route te kiezen binnen je technische kunnen. Als je met een groep op pad gaat, dan stem je de route af op de mist ervaren deelnemer.

Bereid je hoe dan ook op elke tocht goed voor, las voldoende pauzes in, en eet en drink regelmatig. Ontzie je lichaam zo veel mogelijk tijdens het wachten. Blijf op dezelfde plaats of probeer de eerstvolgende comfortabele (rust) plaats te bereiken. Zo voorkom je dat je door uitputting of zelfoverschatting valt en gewond raakt. Apropos incidenten; de meeste incidenten tijdens het begaan van klettersteige zijn niet het gevolg van een val, maar van blokkades. Men heeft zichzelf in dat geval overschat, de route onderschat en durft niet meer voor- of achteruit.

Als de klettersteig te moeilijk is en je echt niet meer verder kunt, overweeg dan goed of afdalen een slimme en veilige optie is. Als dat niet het geval is, probeer dan hulp in te roepen van de mensen in je omgeving, of bel de reddingsdienst of blaas op je noodfluitje. Wat je niet moet doen is halverwege de klettersteig ineens besluiten om uit de route te stappen omdat het lijkt alsof er een ontspanningsroute is, terwijl je geen flauw benul hebt van de aard van het terrein. Veel fatale ongelukken op klettersteigs waren het gevolg van dit soort beslissingen.