Buiten klimmen in de rotsen is heerlijk. Je sport in de natuur en bent volledig op jezelf aangewezen. Doordat je in de natuur bezig bent, heb je te maken met meer variabelen en onzekerheden dan bij klimmen in de hal. Zo kan de rots soms los zitten en de haken ver uit elkaar hangen. Natuurlijk kun je pas veilig rots- en sportklimmen als je weet wat je doet en goed oplet. Een partnercheck is daarbij essentieel. We geven je tips om veilig buiten te sportklimmen.

Tip 1: Voor iedere route doe je samen de Partnercheck

• gordel vast?  
• juist ingebonden?
• zekeringsapparaat goed ingehangen?
• touw lang genoeg voor de route?
• knoop in het uiteinde?
• voldoende setjes/materiaal mee voor de route+ombouwen?
• besproken of je stand maakt of dat je gaat ombouwen tot laten zakken?
• Check? Check!

Tip 2: Zeker met volle concentratie

Houd de klimmer constant in de gaten en zeker oplettend. Je staat in een actieve zekerhouding zodat je zelf stabiel bent en je je evenwicht niet verliest. Het touw houd je voldoende strak en anticipeer op de bewegingen van de klimmer. Zo ben je voorbereid op een moeilijke pas en een eventuele val. Blijf de klimmer volgen tot hij/zij weer beneden is. Spreek af dat de klimmer de zekeraar een seintje geeft als hij/zij weer veilig op de grond staat. Daarna maakt de zekeraar pas het touw los.

Tip 3: Bedien je zekeringsapparaat op de juiste manier

Wanneer je een zekeringsapparaat hebt, zorg er dan voor dat je weet hoe je deze moet bedienen. Bij tuberachtigen is het bijvoorbeeld belangrijk dat je het remtouw blijft vasthouden tijdens het overpakken. Bij halfautomaten kun je schrikken dat de remwerking wordt opgeheven wanneer je de hendel open trekt. Oefen daarom met valsituaties en raak vertrouwd met je zekeringsapparaat.

Tip 4: Check of de route veilig is

Het klinkt tegenstrijdig, maar vaak geldt: Hoe makkelijker de route, hoe groter de consequenties bij vallen. Hoe dat kan? Vaak zijn moeilijkere routes glad en overhangend. Dat betekent dat je bij een val minder snel ergens tegenaan of op valt. Dat gebeurt bij makkelijkere routes eerder. Maak altijd de afweging of de risico’s van een bepaalde route voor jou aanvaardbaar zijn en stap niet in als je twijfelt.

Tip 5: Wees alert bij het begin van de route

Zeker bij de eerste paar haken van de route strak en oplettend. Het touw kan dan nog zo uitrekken dat je bij een val op de grond terecht komt. De eerste meters kunnen brokkelig zijn en de haakafstanden zijn vaak lang. Wees bewust bij het klimmen dat je bij een val onderin de route mogelijk op de grond kunt komen. Pas je lichaamshouding er op aan en land met gebogen knieën.

Tip 6: Hang een stapje hoger je setje in

In een spannende route is het verleidelijk om zo snel mogelijk een setje in te hangen. Probeer juist dan nog een stapje hoger te komen, zodat je het setje uit een comfortabele positie kunt inhangen. Omdat je graag je touw zo vroeg mogelijk in het setje wilt clippen, hang je je setje in vanuit een overstrekte positie. Een stapje hoger maakt je positie al veel stabieler en het inclippen makkelijker. Nu heb je ook meer rust om te checken of je de setjes op de juiste manier inhangt en kun je het touwverloop controleren.

Tip 7: Vang een voorklimval geleidelijk op

Door mee te lopen in de richting waarin je getrokken wordt, vang je een voorklimval dynamisch op. Een klimmer maakt dan een minder heftige val en heeft minder kans tegen de wand aan te klappen. Hierbij houd je rekening met rotspunten, takken en bomen waar een klimmer tegenaan kan vallen.

Tip 8: Spreek goed door: ombouw of stand

Spreek voor je de route in gaat goed door wat gaat gebeuren als de klimmer bovenaan komt: stand bouwen en nakomen of ombouwen en laten zakken. Roep geen ‘stand’ als je gaat ombouwen. Als je dat doet, maakt de zekeraar onderaan de route los en heb je bij het abseilen geen zekeraar meer. Bespreek dus op de grond wat je gaat doen en houd je beiden aan dat plan.

Tip 9: Draag een helm

Als je in de rots klimt, maar ook als je zekert, is het dragen van een helm aan te raden. Als er een setje, tak of steen naar beneden komt zeilen, kan dit hard aankomen. Wees alert op steenslag als er mensen boven je in de route bezig zijn. En gedraag je zelf ook niet als een olifant in een porseleinkast.

Tip 10: Gedraag je als een goede gast

Veel klimgebieden liggen in kwestbare natuur. Vaak gelden er speciale regels waar en wanneer je ergens mag klimmen. Zo sluiten sommige gebieden in verband met vogelbroed. Zorg dat je op de hoogte bent van de actuele omstandigheden en gedraag je als een goede gast. Voor zowel de natuur als je medeklimmers. Geef je touwcommando’s op een normaal volume of maak oogcontact in plaats van ze door de route te schreeuwen. Laat geen afval achter en ook geen uitwerpselen (in het zicht)...

Veel plezier met klimmen!

MATERIAAL EN PAKLIJST              WAAR EN WANNEER