Daarom deze tips voor berggebieden die nog relatief onontdekt zijn door het massatoerisme. Plekken waar je nog wel uren kunt hiken zonder een mens tegen te komen en waar je zomaar oog in oog kan komen te staan met een berggeit of marmot.
De zeven best bewaarde geheimen voor bergliefhebbers
Queyras
Hoewel Frankrijk een van de meest geliefde vakantiebestemmingen van Nederlanders is, kennen weinigen dit natuurpark in de Franse Hautes-Alpes. Dit komt wellicht mede door het feit dat het vooral toegankelijk is vanuit Italië via twee bergpassen, en verder alleen via de Combe du Queyras in Guillestre.
Parc Naturel Régional du Queyras concentreert zich rond de Guil, een snelstromende smeltwaterrivier die je uitnodigt om te kanoën of te raften. De bergen, met als hoogste de Pic de la Font Sancte, reiken hier tot een hoogte van 3385 meter.
De mogelijkheden om te wandelen in Queyras zijn eindeloos. De GR58 voert door de regio, dit deel heet de Grande Randonnée du Queyras. Bergklimmers steken graag de grens over om de Monviso te beklimmen en in de winter is de regio een walhalla voor wintersporters.
Ticino
Ticino in het Zwitserse kanton, dat om een of andere mysterieuze reden bespaard blijft van massa’s toeristen. Wat Ticino zo bijzonder maakt, is de Italiaanse sfeer die hier heerst. Zowel de woningen als dorpspleinen geven het idee dat je in Italië bent en de mensen spreken ook Italiaans. Zelfs de planten zijn hier een beetje tropischer dan in de rest van het land.
In Ticino zijn er wandelroutes in iedere lengte en moeilijkheidsgraad. Wandel naar een gletsjermeer, door een brede vallei of ergens hoog in de bergen, over een scherpe bergrug. Diverse hutten verbinden de paden met elkaar. Ook vanaf de bekende Gotthardpas zijn diverse leuke wandelingen mogelijk.
Tatra’s
Ontdek de Tatra! Dit gebergte ligt op de grens van Slowakije en Polen en bestaat uit vier delen. De Belianske Tatra, de Hoge Tatra, de Lage Tatra en de Westelijke Tatra. Hoewel sommige delen, met name de Poolse kant, druk bezocht worden in de zomermaanden, zijn grote delen nog erg rustig.
Zodra je de kabelliften en de omringende plekken achter je laat en kiest voor de rustige wandelpaden, geniet je van complete stilte. Hoog in de bergen aanschouw je fenomenale vergezichten; heldere bergmeren, ijsmassa’s en grillige rotsvormen.
De wandelroutes zijn niet altijd goed gemarkeerd en soms kom je voor uitdagingen te staan, zoals een stukje klimmen met kettingen. Daarom is het juist hier wel leuk om te wandelen met een gids. Bijvoorbeeld tijdens een huttentocht in de bergen kom je op plekken die je anders nooit zou bereiken.
Pindos
Het Pindosgebergte strekt zich als een ruggengraat uit over het noordwestelijke deel van het Griekse vasteland. Het berggebied wordt onderverdeeld in de noordelijke en zuidelijke Pindos. De hoogste toppen liggen in de Noord-Pindos. De Smolikas in het oosten is met 2637 meter de hoogste top.
Terwijl de meeste toeristen in Griekenland massaal de eilanden bezoeken, kiest de bergwandelaar steeds meer voor het Pindosgebergte. Hoewel de regio lange tijd leefde van landbouw en veeteelt, begint men hier nu ook iets meer toeristen te ontvangen, die komen genieten van mooie natuur. Smalle kloven, puntige pieken en stenen boogbruggetjes kenmerken een wandeling door de Pindos. Hoogtepunt voor velen is de Vikoskloof, de diepste kloof van Europa.
De Valia Kalda en Oost-Zagoria zijn de meest ongerepte gebieden van de Pindos. Hier vind je onbetreden plekken, zoals donkere bossen, heldere meren, kale hellingen, ruige rivieren en mooie watervallen. De bruine beer komt hier voor, maar de kans om er een te zien is nihil.