MENU

IJzig klimavontuur in de Cairngorms

Klim-Meets zijn klimtrips georganiseerd door nationale klimfederaties zoals Mountaineering Scotland die het voor ervaren klimmers mogelijk maken kennis te maken met de klimstijl en klimcultuur in andere landen. Aan de afgelopen Winter Meet in de Cairngorms waarin het Schotse mixed klimmen centraal stond, deed de Nederlandse Tom Philips mee

Ga met Tom mee op Meet. Onderstaand verslag zijn een aantal passages uit het volledige verhaal.

Door Tom Philips

Met lokale klimmers op pad

Het begon met een filmpje dat ik in 2012 had gezien van een Petzl ice trip over het klimmen in Schotland, wat mij inspireerde om ook dergelijke dingen te gaan doen. Nadat ik een NSAC-ijsklimcursus had gevolgd in 2014 ging ik elk jaar in de winter naar bevroren watervallen in de Alpen toe om ze te beklimmen, maar naar het ijzige noorden gaan kwam er niet van. In 2016 was er ook een Winter Meet maar helaas werd ik niet gekozen om daarheen te gaan. In 2019 was ik met een goede vriend, Emiel Lorist, een lang weekend in Schotland om zelf het een en ander uit te proberen en dit resulteerde in een eerste kennismaking die me deed verlangen naar meer. Toen ik zag dat er dit jaar weer een Meet was en dat het in mijn agenda zou passen werd ik ontzettend enthousiast. Een Meet zou namelijk betekenen dat ik samen met lokale klimmers op pad zou kunnen gaan en alle tips en tricks zou leren die je niet uit een boekje kunt halen. Ik heb meteen een mail getypt naar de CEAT om mijzelf op te geven, waarna spannende weken volgden, want er mag maar één iemand ons land vertegenwoordigen bij de Meet. Gelukkig voor mij werd ik gekozen om te gaan en kon de voorbereiding beginnen; een vlucht boeken en trainen maar!

Lawinegevaar

Eenmaal in Schotland was op de tweede dag was er een sneeuwstorm voorspeld. Het plan was om een snelle route te klimmen en op tijd terug te zijn. Aangekomen bij “The Slab”, een plateau dat bekend staat vanwege het grote lawinegevaar, besloten we wat anders te gaan klimmen dan The Hoarmaster (VI,6). We moesten daarvoor namelijk het plateau oversteken en gezien de sneeuwval van de afgelopen dagen en de hoeveelheid verplaatste sneeuw leek ons dat een slecht idee. Het alternatief was echter aan de minder gevaarlijke kant van het plateau en zo begonnen we aan de route Auricle.

Auricle (VI,7) - Coire an Lochain

Als echte gastheer begon mijn host Murray Cutforth, een lokale klimmer uit Edinburgh, met de eerste lengte, zodat ik de kans had om de tweede lengte en de crux van de route te klimmen. Het waaide hard en sneeuwde horizontaal en er kwam geregeld sneeuw langs de wand omlaag of omhoog (spindrift). Aangekomen bij Murray wisselden we het materiaal, zodat ik verder kon voorklimmen. Ik keek omhoog in de hoek en zag daar een dikke overhang. Het advies van Murray was om in het grotje van de overhang wat materiaal te plaatsen voor de moeilijke pas die daarna zou volgen. Ik begon aan de volgende etappe en er waren veel plekken om de stijgijzerpunten in te zetten, wat het best relaxed maakte.

Aangekomen bij de grot volgde ik het advies op van mijn maat en plaatste een gele hex die ik vastzette met een tikje van de ijsbijl. Toen was het zoeken naar de volgende greep. De pas bleek ontzettend lang te zijn, veel langer dan ik had verwacht, en ik kon er niet bij vanaf mijn positie. Ik verplaatste mijn lichaam en besloot de bijlen over de schouder te leggen en de bovenkant van het grotje met de hand vast te pakken. Eenmaal gestrekt pakte ik snel een bijl en zocht naar de greep. Ik moest ver reiken, maar toen opeens had ik de greep te pakken, super solide! Ik vloekte uit vreugde en trok mijzelf omhoog aan de bijl. Het moeilijkste deel was beklommen en de rest verliep soepel ondanks de steilheid.

Spontane lawine

Bij de standplaats kreeg ik de keus om de laatste lengte ook te klimmen, die zou lekker makkelijk zijn en afvlakken nabij de top. Wederom dacht ik: waarom niet?! Na de initiële hoek uitgeklommen te hebben kreeg ik te maken met een paar rare bulten. Ik begon met klimmen, maar ik kwam er niet uit. Ik vertrouwde de plaatsingen niet om de overstap te maken en de rots was glad voor de voeten. Ik klom weer naar beneden waar ik zocht naar de juiste passen. Eenmaal weer bijgekomen controleerde ik de zekeringen en probeerde de pas anders te benaderen. Na een paar goeie hooks kwam ik hoog genoeg om mezelf over de rand te krijgen. Ik dacht bij mijzelf: “Wauw, dat was eigenlijk spannender dan die crux van daarnet”. Ik klom door met nog wat lastige maar wel begaanbare passen en kwam boven aan de route. De touwwrijving maakte het bewegen best zwaar en niet veel later kwam een touw klem te zitten. Gelukkig kon ik Murray over de andere streng omhoog zekeren. Ondertussen raasde er in een geul (gully) naast ons een spontane lawine naar beneden. Dus eenmaal op de top besloten we het zekere voor het onzekere te nemen en met een grote boog weer in de vallei af te dalen,

Minus One Gully (VI,6) - The Minus Face, Ben Nevis

We stonden de volgende dag vroeg op aangezien we een aardig stuk moesten rijden naar Fort William. Veel routes op Ben Nevis waren door de stormen van de afgelopen weken erg vol met sneeuw maar er waren veel ijsroutes in goede conditie. Tijdens de aanloop naar Orion bleek er op het laatste vlak wel erg veel sneeuw te liggen en wederom besloten we tot een veiliger koers en niet door de diepe sneeuw omhoog te klimmen. Er was gelukkig een andere route voorhanden en zo klommen we achter twee andere teams in Minus One Gully. Murray in lengte één en ik de eer in de tweede lengte. De crux pitch bestond uit een dunne laag ijs op een plaat in een hoek. Al dat ijsklimmen van de jaren ervoor zorgde ervoor dat ik me, ondanks het dunne ijs, helemaal thuis voelde. Op de standplaats erboven was het erg gezellig met de andere teams en ondanks de constante spindrift die we over ons heen kregen hebben we veel gelachen. De lengte erna was weer voor Murray en bovenaan had het andere team mooie abalakovs gedraaid voor de afdaling. Aangezien we de moeilijkste lengtes geklommen hadden en er niets spannends in de laatste lengte naar de graat zat, besloten we dat de route hier wel geklommen was en in het zakkie.

Pot of Gold (V,6) - Coire an t-Snechda

Het was alweer de laatste klimdag en wederom was er storm voorspeld en het lawinegevaar was tijdens de week nog niet zo hoog geweest. De route die we gekozen hadden, Pot of Gold, lag in een veilige oriëntatie en zou geen gevaar bieden bij de aan- of afloop. Het was de eerste dag dat ik mijn sneeuwbril gebruikte en dat was zeker niet overbodig. De aanloop was volle bak wind tegen en je had het idee dat je gezandstraald werd door de sneeuw. We knalden door en kwamen na een uur aan bij de rots. Daar zochten we beschutting in een gat naast een steen en trokken warme kleding en onze klimspullen aan. Bij de route aangekomen begon ik met klimmen in heel gemakkelijk terrein. Toen was Murray aan de beurt en die kreeg ondanks de makkelijke route een zware lengte. Er was zoveel spindrift dat alles onder de sneeuw zat en hij vorderde langzaam omdat hij zoveel moest zoeken naar goede plaatsen voor zijn bijl en zekeringen. Volgens mij heb ik daar tenminste een uur stilgestaan en ik kreeg het onwijs koud. Ik heb daar zeker 4 keer de hele standplaats en touw uit de sneeuw gegraven omdat alles bedekt was door de spindrift. Mijn droge handschoenen waren ondertussen zeiknat en ik dacht constant “Hurry Murray”.

Bevroren handen

Ik was blij toen hij stand had en ik eindelijk kon klimmen, maar mijn handen waren zo koud dat ik mijn bijlen bijna niet kon vasthouden. Ik klom heel snel omhoog om weer warm te worden en checkte de bijlplaatsingen niet goed. Ik glipte tot twee maal toe weg met mijn voeten en hing nog maar aan één arm en aan het touw. Tegen de tijd dat ik bij Murray was kwam er weer bloed in de handen wat ontzettend pijnlijk was. Na zeker 5 minuten gevloekt te hebben was het ergste gelukkig voorbij. Ik had het zeker niet naar mijn zin. Ik trok snel droge en warme handschoenen aan, maar zag de volgende lengte voorklimmen niet zo zitten. Murray aarzelde niet en ging gelijk aan de slag. Vijf minuten later stond ik weer te zekeren in de wind en sneeuw maar door de droge dikke handschoenen was ik het niet meer zo koud als eerst. Het duurde wederom erg lang voor hij boven was, de route was niet zo makkelijk door de omstandigheden als anders; Pot of Gold was eerder Pot of Snow. Toen ik begon te klimmen wisselde ik naar mijn laatste droge paar handschoenen en dat leverde me een leuke en plezierig klim op. Toen ik boven kwam bij Murray was alles wat we aan hadden stijf bevroren. We gooiden snel de spullen in de tas en gingen zo snel als onze vermoeide benen aankonden naar beneden. Onze auto was nog de enige op de parkeerplaats, maar we waren blij met onze prestatie: “Definitely an epic!”. Bij de jeugdherberg waren we onwijs blij met de warme douche, die hadden we wel verdiend!

lees het hele verhaal meer over klim-Meets