Op 24 september 2022 stonden vier teamleden van Expeditie Academie III op de top van Pik Sindre in het Pamir Alai-gebergte in Kirgizië. De beklimming is de kroon op een opleidingstraject van drie jaar. In vier dagen tijd lukte het ze om deze prachtige berg te beklimmen. Een eerdere poging werd afgebroken door tijdsgebrek en hoogteziekte. Regien sloot aan bij de tweede poging en vertelt hoe ze de lessen van de eerste poging omzetten in succes.
Ik geef Martin flink wat touw op de topgraat. Hij moet tussen twee torens door klimmen en hij heeft last van de touwwrijving. Ik kijk omhoog en ik zie opeens Sjoerd staan, op de top! Het is gelukt om op de markante, compacte punt top te komen. Wauw. Het was nog tot het einde spannend maar het is gewoon gelukt! Ik krijg een brok in mijn keel. Drie jaar trainen, plannen, voorbereiden en we staan gewoon als eerste op een berg via een nieuwe route. Ons gejuich galmt door het uitgestrekte berglandschap. Maar snel gaat mijn aandacht weer naar touw uitgeven en klimmen. Martin en ik zijn er nog niet…
Met rugzakken van 22 kg op onze rug zwaaien we de kok en haar man uit. We laten de luxe van basiskamp (BC) achter ons. In de voorbereidingen hebben we alle bergen werknamen gegeven, om de bergen uit elkaar te kunnen houden. Solo Silvan is de werknaam van de onbeklommen berg die nu voor ons ligt.
Veel informatie over dit gebied kregen we van het vrouwenteam van de Zwitserse Expeditie Academie. Zij zijn in 2019 in dit gebied geweest en hebben een schat aan foto’s en informatie met ons gedeeld. De berg waar wij nu naartoe lopen hebben we ‘Solo Silvan’ gedoopt, omdat Silvan Schüpbach, de coach van de Zwitsers, deze berg in zijn eentje heeft geprobeerd. Hij moest omkeren vanwege tijdgebrek.
Tijdens de eerste poging op Solo Silvan hebben Robert, Sjoerd, Martin en Court een weg gebaand door de complexe ijsval. Van die kennis maken we nu gretig gebruik. Robert navigeert behendig tussen de hoge ijstorens. Tegen de tijd dat we uit het doolhof van ijs komen begint het al te schemeren. Zoeken naar een plekje voor onze tenten dan maar.
Met vreugde vinden we een stromend beekje. Vaak moet je op deze hoogte sneeuw smelten om aan water te komen, nu vullen we dankbaar al onze flessen. We vinden een prima plekje voor onze tenten en koken snel wat water voor een warm avondmaaltje. Hoewel er water is, staan we vol in de wind. De muziek van het klapperende tentdoek houdt ons wakker.
De volgende ochtend zijn we blij als we uit de tent zijn en ruimen we ons kamp snel op. Het stromende beekje is helaas bevroren. We komen graag in beweging om weer warm te worden. Na een uur kunnen de donsjassen uit en lopen we de zon in. Zonlicht op je huid: wat een verademing. We smeren ons goed in met zonnebrand en de zonnebrillen gaan op.
Tijdens de beklimmingen droeg ik de Julbo Shield M. Deze zonnebril zit lekker, sluit goed af, beslaat niet en schuift niet van mijn neus af. Tijdens de trainingsweken was ik één van de zijklepjes kwijtgeraakt. Gelukkig werd ik snel geholpen door Julbo en kreeg ik nieuwe toegestuurd, precies op tijd voor vertrek! In het basiskamp droeg ik de Spark, een meer casual zonnebril van Julbo. Wel had ik de Reactiv glazen met categorie 1 -3, deze glazen passen zich aan aan de mate van licht, heel luxe.
De weg is vrij eentonig, een licht stijgende helling van sneeuw met afwisselend ijs. In de verte zien we de col waar de ijswand begint. Voor mijn gevoel kruipen we vooruit. Maar de aanhouder wint, want uiteindelijk staan we in de col. We waren van plan hier even wat sneeuw te smelten, maar er staat een onaangename, harde wind. Noor en Robert geven aan zich niet goed te voelen. Wat is wijsheid? Na kort wikken en wegen herverdelen we de spullen. Noor en Robert besluiten af te dalen.
Veel tijd voor teleurstelling is er niet, want de lange ijswand torent boven ons uit. Ik bind me in samen met Martin en we stappen de wand in. We klimmen stoïcijns door: voet, voet, bijl, bijl. We komen in een fijne flow die een paar keer onderbroken wordt door verzuurde kuiten.
Court en Sjoerd liggen al lekker vanuit hun tentje sneeuw te smelten voor een warme maaltijd als Martin en ik aankomen op de witte top. De wind blijft venijnig en als robots voeren we onze taken uit: touw afbossen, materiaal opruimen, tent opzetten, slaapspullen inrichten, sneeuw smelten, warme maaltijd eten en liggen maar. Het uitzicht is prachtig, de horizon kleurt rood en we hebben prachtig uitzicht op de top. Op 5000 meter hoogte liggen we in ons tentje, en hoewel we moe zijn doen we die nacht geen oog dicht.
Topdag! Onze top ziet er indrukwekkend uit. Eerst een steile sneeuw/ijswand en daarna een graatje. We worden brak wakker met harde wind. We besluiten uurtje te wachten op het licht, de zon en minder harde wind. Niemand heeft zin om voorop te gaan dus ik ga maar voor. Slow, steady & keep smiling. Lekker sporen door de diepe sneeuw! Martin klimt om het hoekje de wand op. We pitchen de wand door. Kuiten verzuren maar het gaat goed. Blij als we eindelijk bij de graat zijn. We klimmen achter Court en Sjoerd aan. Ondanks de losse meuk klimt het redelijk comfortabel. Best wat leuke passages met als hoogtepunt een flake waar ik à cheval overheen ga. Geweldig. We zijn super opgelucht als we Sjoerd op de top zien. Het leek zo’n onmogelijke tand. Vanaf de andere kant kan je er gewoon oplopen. Ik schiet vol, we gaan het halen! Op de top zijn we blij maar we krijgen het al snel koud. Terugklimmen maar. We maken abalakovs in het brakke ijs. Ik ga als laatst dus ik doe een gebedje. Blij als we voor het donker aankomen bij de tentjes. Sneeuw smelten duurt eeuwig. Weer een slechte nacht. Langzaam wakker worden met de zon.
De afdaling op de vierde dag ging in een waas aan me voorbij, maar de herinneringen van de topdag staan me nog zo helder bij. Nadat we, nu behendig, door de ijsval navigeren ploffen we neer op een steen. Het voelt alsof ik een drankje teveel op heb. Waarschijnlijk het slaapgebrek. Ik hoor stemmen in de verte, ben ik nu echt aan het doordraaien? Wacht eens even, dat zijn onze mannen in de wand van de berg die we Frendo-pijler hebben genoemd! “Touw in!!!” horen we Jeffrey of Michiel roepen vanuit de steile rotswand. We turen en turen maar kunnen de poppetjes helaas niet vinden.
Ik zie op tegen het lange stuk terug naar basiskamp. Court krijgt van ons vrij spel om zichzelf met zijn lange benen in een draf terug naar BC te gooien. Martin, Sjoerd en ik hijsen nog een laatste keer onze zware rugzakken op onze ruggen en lopen kletsend de laatste uren naar beneden. Tijdens het lopen knap ik weer helemaal op.
Als we bijna bij BC zijn zien we drie kleurrijke stipjes in de verte, waarvan één zonder rugzak. Wat is er gebeurd met Bas, Anniek en Dennis, het team dat Pik Elephant wilde beklimmen? De poging blijkt mislukt vanwege zeer brokkelige en gevaarlijke rots, en Bas heeft enorm last van een blessure. Ik leef met ze mee. We lopen het laatste stuk samen terug en delen de avonturen van de afgelopen dagen.
Bij terugkomst in BC nemen Anniek en ik meteen een frisse duik in de beek en voelen ons weer schoon en rozig. Dan komen Noor en Robert aan van hun succesvolle ‘hit & run’ (een beklimming zonder tussenkampen vanuit basiskamp) op de Muhz Teke. Het feest is compleet! Noor en Robert feliciteren ons met onze succesvolle beklimming en het besef kom dan pas door de moeheid heen.
Ik was tijdens alle gebiedsinformatie voorbereidingen op zoek naar de ‘screensaverberg’, een berg waarnaar je kijkt en er op slag verliefd op wordt. Een berg die je als screensaver op de achtergrond van je computer wilt installeren. Dat had ik niet met de bergen in dit gebied. Na het eten wisselen we foto’s uit, Bas draait zijn camerascherm naar mij. Ik zie een prachtige driehoek, in een roze gloed. “Is dit onze berg?!”, vraag ik Bas met grote ogen. Het is Pik Sindre. Ik heb hem gevonden en beklommen.
Het beklimmen van een nog niet eerder beklommen berg vraagt dus om een goede voorbereiding. En in sommige gevallen moet je het ook gewoon proberen. Robert Löwensteyn vertelt over hun eerste poging van het beklimmen van deze nog onbeklommen berg.