MENU

EN, CE normen en PBM

Wat betekenen de EN en CE markering op je klim- en bergsportmateriaal?

Persoonlijke Beschermings Middelen (PBM)

PBM (ook wel bekend als PSA) worden in categorieën I tot III ingedeeld. De categorie geeft aan welke graad van kwaliteit (fabricage- en eindcontrole) vereist is. Categorie I is de lichtste en wordt niet bij bergsportuitrusting toegepast. Categorie I geldt bijvoorbeeld voor tuinhandschoenen. Materialen in categorie I die niet goed gefabriceerd zijn, mogen bij gebruik niet tot een dodelijk ongeval leiden. Categorie III is de hoogste categorie. Dit is een onafhankelijke kwaliteitswaarborg, en vereist een onafhankelijke certificering en productiecontrole. Omdat bergsportuitrusting moet beschermen bij een val van grote hoogte, worden de meeste bergsportmaterialen in categorie III ingeschaald. De Europese verordening Persoonlijke Beschermingsmiddelen (PBM) 2016/425 is per 21 april 2018 van toepassing in alle Europese lidstaten. De oude Europese richtlijn PBM 89/686 en de Nederlands wetgeving voor PBM is per die datum vervallen.

Wie bedrijfsmatig klimmaterialen gebruikt, verhuurt of uitleent moet voor de kwaliteit daarvan in kunnen staan. Naast controle bij uitleen en inname moet er ook een periodieke inspectie gedaan worden. Dat kan in eigen huis mits het door een voldoende deskundig persoon gebeurt.

Maar wat is voldoende deskundig? Welnu, een normaal in materiaal geïnteresseerde en normaal in gebruiksaanwijzingen onderlegde klimmer is voldoende deskundig voor zijn/haar eigen uitrusting. Ga je nu namens een vereniging PBM materiaal uitlenen dan moet je meer in huis hebben. Dan moet je goed in materiaal geïnteresseerd zijn en goed in gebruiksaanwijzingen onderlegd zijn. Om dit te formaliseren adviseert de NKBV dat er binnen elke NKBV regio / SAC / NKBV klimvereniging iemand aanwezig is die voor materiaalbeheer verantwoordelijk is en die de NKBV workshop Persoonlijke Beschermingsmiddelen voor NKBV regio's / SAC's / NKBV klimverenigingen heeft gevolgd en heeft begrepen. Zo iemand is voldoende deskundig om standaard klim- en bergsportuitrusting te beheren.

Europese normen (EN)

EN is een afkorting voor Europese Norm. Europese Normen worden opgesteld onder auspiciën van de Europese normalisatieorganisatie CEN (Comité Européen de Normalisation) in Brussel en per land gepubliceerd door de aangesloten nationale Normalisatie-instituten (in Nederland NEN, het Nederlandse Normalisatie- instituut). Voor ieder uitrustingsstuk bestaat een norm, de sterkte, testinrichting, test omgeving, afmetingen ect. worden precies vastgelegd. Iedere norm heeft een nummer, voor bergsporttouw is dat bijvoorbeeld EN 892.

Normering klim/boulderwanden

CE-markering

De CE-markering die op veel producten te vinden is geeft aan dat het product voldoet aan de daarvoor geldende regels binnen de Europese Economische Ruimte (de Europese Unie plus Liechtenstein, Noorwegen en IJsland). CE staat hierbij voor Conformité Européenne, wat zoveel betekent als in overeenstemming met de Europese regelgeving. De CE-markering is geen keurmerk, maar een wettelijke verplichting.

Doel van de CE-markering is vooral juridisch/economisch van aard. Enerzijds is het doel de vrije handel binnen de lidstaten te bevorderen terwijl anderzijds de aansprakelijkheid voor consumenten geregeld is. Maar er zit ook een veiligheidscomponent aan: zo wordt er vaak naar de veiligheids- en gezondheids- en milieuaspecten van de producten gekeken.

Met het aanbrengen van de CE-markering geeft de fabrikant aan dat het product aan alle van toepassing zijnde Europese regels voldoet en dat de conformiteits- of overeenstemmingsprocedures zijn voltooid. Bovendien moet hij in de meeste gevallen voor het betreffende product een conformiteitverklaring hebben opgesteld. In deze conformiteitverklaring is de producent of importeur verplicht aan te geven dat het product voldoet aan alle van toepassing zijnde Europese richtlijnen. Daarnaast is de producent of importeur verplicht zich aansprakelijk te stellen voor zijn product.

Het onderzoeken van de conformiteit met de regelgeving voor CE-markering is grotendeels zelfcertificering. Dit houdt in dat de fabrikant of importeur eventueel benodigde metingen en onderzoeken zelf uit moet voeren of ervoor mag kiezen deze metingen uit te besteden bij een instituut naar zijn keuze.

Het nummer van het CE-teken slaat dan ook niet op het specifieke product, maar geeft duidelijkheid over het testinstituut (notified body). In Duitsland is dat bijvoorbeeld vaak de TÜV. Heeft een karabiner het CE-teken 0123 dan betekend dit dat de TÜV in München voor de certificering van deze karabiner verantwoordelijk is. Deze notified bodies zijn verantwoordelijk voor de juiste uitvoering van deze procedures. Zij worden door de lidstaten aangewezen en bij de Europese Commissie en bij de andere lidstaten als zodanig aangemeld.

Wel/niet wettelijke verplichting voor CE-markering
Voor bepaalde producten is een EG-typegoedkeuring voorgeschreven en dient gebruikgemaakt te worden van een door de overheid aangemelde instantie (notified body). Bijvoorbeeld bij gastoestellen en persoonlijke beschermingsmiddelen (klim- en bergsportuitrusting). De handel in persoonlijke beschermingsmiddelen zonder deze markering is in het gebied van de aangesloten landen niet toegestaan. Het onterecht aanbrengen van de CE-markering en/of opstellen en ondertekenen van de conformiteitverklaring (ook wel: EG-verklaring van overeenstemming) is een economisch delict en valt in Nederland onder de Wet op de economische delicten. Toezicht hierop gebeurt door de Voedsel en Waren Autoriteit. Uitrustingsdelen die niet bij de PSA zijn ingedeeld hoeven niet door een onafhankelijk testinstituut gecertificeerd te worden en hebben daarom ook geen CE teken.