MENU

Lofoten: Caraïben boven de poolcirkel

Het begon met een foto die meteen mijn interesse wekte: een perfecte spleet in gepolijst graniet, twee klimmers in t-shirt hoog boven turquoise water, en eindeloos eilandjes en ruige bergtoppen in de achtergrond. “Waar is dit?!” vraagt meteen mijn klimmershart. Een korte digitale zoektocht geeft me het antwoord, de Lofoten!

Door: Jorg Verhoeven

Twee jaar later staan mijn vrouw Katha, een goede vriend Tobias en ik op de pont, en kunnen we onze ogen niet geloven. Voor ons liggen de Lofoten, een eilandengroep in het Noorden van Noorwegen. De foto die ertoe heeft geleid dat we hier zijn, heeft niet teveel beloofd. Ontelbare granieten wanden zover het oog kan zien, die direct uit het water opreizen, met daartussen huizen met de klassiek Noorse rode daken. We hebben al snel begrepen dat de twee weken die voor ons liggen slechts een vleug zijn van de tijd die je hier als klimmer door kunt brengen.

Trad klimmen

Het spleetklimmen is waarvoor vele klimmers vanuit de hele wereld hiernaartoe. De granieten wanden zijn door gletsjerijs mooi gepolijst en bieden in plaats van randjes, gaten en slopers vooral spleten. Terwijl spleetklimmen in Europa behoorlijk schaars is, is op de Lofoten de keus vaak tussen welke breedte de spleet heeft: kun je alleen je vingers verklemmen, of de hele hand, de vuist, of zelfs nog breder?

Al sinds het begin van de klimgeschiedenis op de Lofoten is de state of the art het gebruik van mobiele zekeringen en dus het vermijden van boorhaken. Een normale set friends en nuts is voor de meeste routes genoeg, en omdat de spleten zo mooi parallel lopen, kun je met ietwat ervaring in traditioneel klimmen overal zonder problemen overweg (wat bijvoorbeeld in het Engelse Gritstone niet altijd het geval is).

Er zijn routes in elke waardering, van 4+ tot 8b, en voor degene die het trad klimmen nog niet helemaal aandurven, is er vaak de mogelijkheid een toprope in te hangen. Dag in dag uit bezoeken we de mooiste klassiekers, zoals Dosethrisset (N7, 6c), Butter Arms (N8+, 7c) en Minnesrisset (N9, 8a). Elke route is weer anders qua klimstijl, aanloop – van ver tot direkt naast de weg – en omgeving.

Meerdere touwlengtes

De wanden op de Lofoten zijn tot 1000 meter hoog, en bieden routes met 3 tot 30 touwlengtes. Ook hier beslissen wij te proberen om zoveel mogelijk van de beste routes – in de topo gemarkeerd met top 50 must-do’s – aan te vallen. Dat is een lange lijst, maar de Lofoten hebben een bijzonder voordeel: omdat het binnen de poolcirkel ligt gaat de zon er ’s zomers niet onder, dus kun je eindeloos doorklimmen. Het besluit om kort voor middernacht nog een derde alpiene route in te stappen, is in de Alpen een absolute no go, maar hier eigenlijk best normaal. Het gevolg is natuurlijk dat we na een week doodmoe zijn en ons slaapritme verstoord is, maar dat nemen we graag op de koop toe!

Tussendoor is het uiteraard wel tijd voor wat toeristische uitjes, zoals het pittoresque dorpje Henningsvaer, het Uttakleiv strand en Kanelboller – een zoete Noorse specialiteit – maar de vele klimroutes en verschillende wanden werken als een magneet. De Presten (Priester), waar elke route die we klimmen puur genot is; Trolldalen, een klein maar belangrijk stukje Noorse klimgeschiedenis, en ook de Helvetestinden, een wand die direct vanaf het strand 600 meter de lucht in schiet. Voor sommige wanden nemen we ’s ochtends de pont, klimmen we dag en nacht, en komen we bekaf en dolgelukkig de volgende ochtend we met de pond terug naar de bewoonde wereld. Avontuur na avontuur. Daarna hebben we wat rustig nodig, dus is het tijd om wat te gaan boulderen!

Boulderen

Het lijkt eerst wat vreemd om de verre reis naar de Lofoten te maken om de crashpad onder een rotsblok neer te leggen en te gaan boulderen. Dat kan in de Alpen en in Fontainebleau toch ook? Al gauw komen we er achter dat er niet heel veel boulders zijn, maar dat de blokken die er liggen absolute toppers zijn. Een onvergelijkbare ambiance gecombineerd met de heerlijk ronde graniet zorgt ervoor dat het boulderen op de Lofoten echt bijzonder is; niet voor niks is er dan ook een dikke boulder-topo.

Na twee onvergetelijke weken staan we weer op de pont en kijken we hoe de bergtoppen steeds kleiner worden, en ja, ook de zon gaat voor het eerst weer onder! Twee weken daglicht hebben ons volledig uitgeput, en de lange thuisreis wordt voornamelijk slapend doorgebracht. Met één punt zijn we het eens: hier komen we hopelijk ooit weer terug!

Foto's: Tobias Lanzanasto