MENU

Tips voor technische multi-pitches

In deze blog bespreekt Expeditie Academie coach Bas Visscher een aantal strategische en touwtechnische keuzes die vooral relevant zijn voor ervaren multi-pitch klimmers die routes willen klimmen die op de grens van je kunnen liggen.

Onderstaande drie thema’s worden in de blog behandeld:

  • Touwkeuze
  • Rugzak of haulbag?
  • Voorklimmer/naklimmer strategie

Ik heb voor deze thema’s gekozen omdat ik hoop dat je dankzij mijn tips beter op je klimtechnische limiet kan klimmen in een multi-pitch rotsroute. Ook hoop ik hiermee inzicht te geven in de afwegingen die je hierbij kunt maken. Wat mij betreft zijn mijn tips relevant voor zowel behaakte sportklim multi-pitches als langere alpiene rotsroutes met een hogere moeilijkheidsgradatie. In een sport multi-pitch kunnen mijn tips helpen om moeilijker te kunnen vrijklimmen. Maar ook in een moeilijke alpiene route kan een bepaalde tactiek (qua touwkeuze en het nahaulen van een rugzak) het verschil maken tussen wel of niet (vrijklimmend) boven komen.

Ik heb ook voor deze onderwerpen gekozen omdat ik veel multi-pitch klimmers om me heen vaak voor dezelfde tactieken zie kiezen. Ik heb zelf in de afgelopen jaren veel verschillende strategieën en touwtechnieken uitgeprobeerd. Ik wil mijn ideeën hierover graag delen en ik hoop dat je erdoor geïnspireerd raakt.

Eerder heb ik al een blog geschreven over hoe je je kunt ontwikkelen van boulderaar tot big waller. Als je nog geen ervaring hebt met multi-pitchen kan je beter eerst deze blog lezen. Ook kan je de onderstaande 10 multi-pitch tips bekijken. Het artikel dat je nu gaat lezen is vooral relevant voor klimmers die geen absolute beginner meer zijn, niveau 6a of hoger beheersen en zich verder willen ontwikkelen in het klimmen van technische multi-pitch routes.

Van Boulderaar tot big waller 10 multi-pitch tips

Natuurlijk is er al een hoop over deze onderwerpen op internet te vinden, maar door het hier te bundelen krijg je hopelijk meer overzicht. Ik zal in deze blog veel doorverwijzen naar artikelen en niet op elk detail ingaan. Misschien zijn sommige thema’s wat ingewikkelder dus als je echt geïnteresseerd bent, zal je ook tijd in zelfstudie moeten investeren door bijgevoegde links te bestuderen. Ik hoop dat je met behulp van deze informatie nog relaxter en efficiënter kan gaan klimmen in uitdagende multi-pitch routes.

Bas in Motorhead (500m 6b). Dit is een bekende granietroute met verre haakafstanden in de buurt van de Grimselpas in Zwitserland. We klommen deze route in een driemanstouwgroep, zodat de voorklimmer zonder rugzak kan voorklimmen. Foto: archief Bas Visscher.

Thibaut in een lastige traverse in “Memoire de l’eau” (6c, 300m). Hij klimt voor zonder rugzak zodat hij de lengte volledig kan vrijklimmen. In Foto: Bas Visscher.

Karlijn klimt de 6c-traverse in Bambino (400m, 7a max) in de Verdon. In een dergelijke route van 15 lengtes is het belangrijk dat je zuinig met je energie omgaat. Alex heeft de rugzak opgehangen op de standplaats voor meer comfort tijdens het zekeren. Foto: Bas Visscher.

Tip 1: Denk na over het soort touw waarmee je gaat klimmen

De meeste mensen pakken uit gewoonte een dubbeltouw als ze gaan multi-pitchen, maar dit is niet altijd de beste optie. Ik raad aan om voor technisch lastige routes ook de optie enkeltouw te overwegen, eventueel aangevuld met een rapline.

Ik raad dit aan omdat een enkeltouw erg simpel werkt. Klippen gaat bijvoorbeeld een stuk makkelijker dan met een dubbeltouw. En wat is dan een rapline of een tagline? Dat is een statisch, dun en licht touw (4 tot 6 mm dikte, 50 of 60m lang) dat speciaal gemaakt is om in combinatie met een enkel touw te kunnen abseilen (de afkorting rap komt van het woord rappel, oftewel afdaling). Ook is het inzetbaar om een rugzak of een haulbag te kunnen takelen (vandaar het Engelse woord tag) of om als licht back-up touw te gebruiken bij toerskiën. In het vervolg van deze blog gebruik ik het woord rapline.

Het kunnen takelen van een rugzak of haulbag na een lastige, steile lengte kan een groot verschil maken in een technische multi-pitch. Ik vond het persoonlijk best een eye-opener! Ik leg meer hierover uit in tip 3. De laatste tijd gebruik ik steeds vaker een enkeltouw in combinatie met een rapline. Aan de andere kant heeft een dubbeltouw ook duidelijke voordelen, vooral in terrein waar de kans op beschadiging van het touw bij een val groot is of als je veel moet abseilen. Je moet afwegen wat het beste bij jouw route past.

Maël Durand in een 6c-lengte in de Verdon. Als voorklimmer klimt hij zonder rugzak. Hij heeft een rapline (een dun touw) aan zich hangen om de haulbag te takelen. Hiermee kan zowel de voor- als naklimmer zonder zware rugzak klimmen. Foto: Bas Visscher.

Ik (Bas, de schrijver van dit artikel) in een 7a-lengte in de route Sanguinari (220m, 7a max) in de buurt van de Simplon pas. Ook hier hebben we gekozen voor een enkeltouw plus rapline zodat de haulbag getakeld kan worden. Foto: Boris Textor.

Wat zijn ook alweer de afwegingen die je kan maken als je moet kiezen welk type touw je meeneemt? En hoe zit het ook alweer met de verschillen tussen de verschillende touwtypes?

Je hebt de volgende drie mogelijkheden om uit te kiezen:

  • Optie 1: 50m of 60m dubbeltouw of twintouw
  • Optie 2: 50m of 60m enkeltouw plus rapline waarmee je de rugzak of haulbag kan takelen en waarmee je kan abseilen.
  • Optie 3: 60 tot 80m enkeltouw zonder rapline.

De voor- en nadelen op een rij.

Optie 1: Dubbeltouw: Halftouw (½) & Tweelingtouw (ꝏ)

Bij dit type touwen moet je altijd twee strengen tegelijkertijd gebruiken. Je kan de strengen op twee manieren klippen. Bij halftouwtechniek klip je om en om een streng in een tussenzekering. Bij tweeling/twintouwtechniek klip je beide strengen altijd samen in een tussenzekering, alsof het een enkeltouw is. De meeste touwen kunnen tegenwoordig op beide manieren gebruikt wordt; check of beide normeringslogo’s (½ en ꝏ) op het uiteinde van het touw staan.

Het voordeel van een dubbeltouw is:

  • Je kan eenvoudig de volledige lengte van je touw abseilen (50m of 60m). Abseilen gaat soepel. Vooral als je veel lange abseils moet maken is een dubbeltouw het meest eenvoudig.
  • Met twee touwen heb je simpelweg meer veiligheidsmarge of redundantie, Als één touw stuk gaat, heb je altijd nog de andere streng. Vooral als er risico op lange vallen, steenslag of slechte rots is kan dit een belangrijke factor zijn.
  • Je kan in een touwgroep van drie klimmen, mits het touw als enkele streng niet te veel rek heeft.
  • Bij halftouwtechniek, dus het om en om klippen, kun je een zigzaggend touwverloop vermijden als je zekerpunten niet in één lijn liggen. Hierdoor heb je minder last van touwwrijving.
  • Ook is er minder impact op het zekerpunt als je halftouwtechniek gebruikt. Dit is vooral een voordeel bij minder betrouwbare zekeringen zoals pitons en mobiele zekeringen.

Het nadeel van dubbeltouw is:

  • Het touwmanagement is moeilijker ten opzichte van een enkeltouw omdat je met twee strengen werkt. Klippen is lastiger. De touwen kruisen elkaar snel, wat voor veel wrijving kan zorgen. Het inhangen van je touw als twintouw is daarom vaak makkelijker dan het ingangen als halftouw. Maar nog steeds lastiger dan een enkeltouw.
  • Een dubbeltouw is minder handig in lopende zekering terrein (opgebost om je schouder is het volumineus). Dit is vooral een nadeel in makkelijk terrein.

Op deze foto zie je een voorbeeld van halftouwtechniek. De strengen zijn hierbij om en om gekllipt. Het blauwe touw in de cam, het groene touw in de boorhaak met het setje. Op de foto klimt Sjors in de crack-route Majorette Thatcher (6b+, 180m) in het Mont Blanc gebied. Foto: Bas Visscher.

Thibaut klimt met dubbeltouw in de Gervasutti pijler (800m, 5c) op de Mont Blanc du Tacul. In een hoogalpiene route met kans op steenslag kan een dubbeltouw verstandig zijn. Mocht één touw geraakt worden door een steen, dan heb je altijd nog het andere touw. Foto: Bas Visscher.
Bas van der Ploeg in de alpiene rotsroute “Ringo Starr” op de noordwestwand van de Piz Badile (800m 5c). We gebruiken hier een normaal dubbeltouw omdat we later op de dag via de 1000m lange Nordkante willen abseilen. Foto: Bas Visscher.

Als je goed kijkt zie je op de foto een veel voorkomend voorbeeld van gekruiste touwen bij het gebruik van een dubbeltouw. Dit wil je vermijden omdat het voor veel wrijving in het systeem zorgt. De foto is gemaakt op de Cordier Spur op de Grands Charmoz (650m, 6a+) in Chamonix. Foto: Bas Visscher.

Optie 2: Enkeltouw plus rapline

Het voordeel van een enkeltouw plus rapline:

  • Een enkeltouw is simpel in gebruik (klippen gaat soepel, zekeren is makkelijk). Je kan een halfautomaat gebruiken die geschikt is voor een enkeltouw. Dit is vooral een aanrader als het niveau op de limiet is en de klimmer kan vallen.
  • Met de rapline en een pulley met katrol kan de voorklimmer een rugzak of haulbag hijsen in steil terrein zonder obstakels zodat beide klimmers zo licht mogelijk kunnen klimmen (zie ook tip 3). In dit Petzl filmpje zie je hoe dit werkt. Dit Edelrid filmpje geeft ook nuttige tips. Dit artikel legt het goed uit door middel van plaatjes en tekst.
  • Met een tagline of rapline kan je ook de volledige lengte van je touw abseilen. Dit artikel legt uit hoe dit werkt.
  • Het verkorten van het touw voor lopende zekering is eenvoudig. Dit is vooral een voordeel in makkelijk terrein.

Het nadeel van een enkeltouw plus rapline:

  • Als je enkeltouw beschadigd raakt, heb je met een statische rapline geen volwaardig tweede touw wat je kan gebruiken om mee te klimmen of vallen.
  • Als je enkeltouw volledig doorsnijdt (door steenslag of scherpe rotskant) dan heb je geen tweede touw als back-up. Dat kan faaal aflopen.
  • Als je enkeltouw vast komt te zitten tijdens het abseilen, moet je met je rapline naar boven klimmen. Daar is dit statische touw niet voor ontwikkeld. Er is wel verschil tussen de specificaties van verschillende raplines. Deze Edelrid rapline kan bijvoorbeeld “twee vallen” houden.
  • Het netjes organiseren van de touwen op de standplaats is ingewikkelder met een enkeltouw plus rapline dan met alleen een dubbeltouw. Je moet meer handelingen verrichten op de standplaats.
  • Het haulen van een rugzak of haulbag kost ook tijd en moeite. Zeker wanneer een situatie ontstaat waarbij de rapline of rugzak vast komt te zitten achter een obstakel.
  • Abseilen kan gecompliceerder zijn omdat de touwen van ongelijke diameter zijn. Verdiep je in de techniek hoe je de touwen met elkaar verbindt en hoe je ze door de abseilring haalt. Let op dat je touw niet slipt door de ring en je abseilapparaat door het verschil in wrijving. Zie ook dit artikel.
  • Het naar beneden trekken van de rapline tijdens het abseilen kan erg lastig zijn vanwege de geringe diameter (4 tot 6mm). De rapline heeft de neiging om sneller vast zitten en in de knoop te raken dan een normaal touw.

Optie 3: Een lang enkeltouw (60 tot 80m)

De voordelen van alleen een relatief lang enkeltouw (60m tot 80m) bij multi-pitchen:

  • Hiermee heb je simpel touwmanagement (bijvoorbeeld eenvoudig setjes klippen).
  • Klimmen én abseilen met enkeltouw kan wanneer de standplaatsen dicht genoeg op elkaar zitten. Bij een 60m touw moeten alle standplaatsen binnen 30m bereikt kunnen worden tijdens het abseilen. Eventueel kan je een Beal escaper meenemen voor noodgevallen.
  • Wanneer je met twee touwgroepen bent en met vier klimmers (en je niet van plan bent om te gaan abseilen), kan je ook ervoor kiezen dat beide touwgroepen een enkeltouw meenemen. Mocht je ongepland toch moeten abseilen, dan kan je de touwen samen nemen en alsnog de volledige 50 of 60m naar beneden abseilen.

De nadelen van alleen een relatief lang enkeltouw (60m tot 80m) bij multi-pitchen:

  • Je moet met slechts een enkeltouw zeker weten dat je enkeltouw lang genoeg is om van abseil tot abseil te komen en je het touw wilt kunnen doortrekken. Abseillengtes zijn vaak 40 à 50m. Je kan een groot aantal routes niet abseilen als je alleen een 60 tot 80m touw hebt.
  • Je moet regelmatig veel touw binnenhalen als je de naklimmer gaat zekeren. In rots zijn veel lengtes rond de 30m. Bij een 30m lengte en een 80m sportklimtouw moet je nog 50m “overbodig” touw binnen halen. Dit is relatief inefficiënt.
  • Een 70m of 80m touw is behoorlijk zwaar tijdens de aanloop. Dit kan maar door één persoon gedragen worden, terwijl je een dubbeltouw of enkeltouw plus rapline kan verdelen.

De beste keuze voor het type touw hangt af van de specifieke route die je gaat doen. Ik gebruik zelf alle drie de opties. Ze hebben allemaal hun eigen voor- en nadelen. Ik hoop je vooral aan het denken te zetten dat er bij multi-pitchen meer touwopties zijn dan het standaard dubbel/twintouw. Verdiep je goed in hoe de combinatie enkeltouw plus rapline werkt als je hier nog geen ervaring mee hebt; de eerder genoemde Petzl en Edelrid filmpjes zijn aanraders! Gun je zelf de tijd om het onder de knie te krijgen.

Triple rated touwen

Er zijn trouwens ook triple rated touwen op de markt. Dit betekent dat het touw zowel als enkeltouw, halftouw en twintouw te gebruiken is (mits je er twee van hebt). Hou in gedachten dat een triple rated touw een bepaald compromis is waarmee je een “alles in één” optie hebt. Dit geldt vooral als je twee triple rated touwen wilt gebruiken als dubbeltouw. In dat geval vind ik de triple rated touwen tot nu toe toch vaak te dik en te stijf. Tot op heden verkies ik liever een normaal dubbeltouw. Maar dit is uiteraard persoonlijk.

Rik in de trad multi-pitch ‘Fessura della Desperazione’ in de Orco vallei (6b+, 100m). In deze route hebben we gekozen voor alleen een enkeltouw. De abseils zaten dicht op elkaar en de rotskwaliteit was heel goed. In zo’n geval is een enkeltouw voldoende. Foto: Bas Visscher.

Sophie klimt de 7a lengte na van Moulinsart (7a max, 350m). Ze klimt aan een 60m enkeltouw en ze klimt zonder rugzak. De rugzak is al door mij (als voorklimmer) naar boven getakeld aan de rapline. Foto: Bas Visscher.

Sophie seilt ab over de route Moulinsart. Het 60m enkeltouw is hier aan een 60m rapline geknoopt zodat ze (indien gewenst) de volledige 60m kan abseilen. Foto: Bas Visscher.
Deze klimmers (onbekende touwgroep) op de Pic Adolphe Rey in het Mont Blanc gebruiken een normaal dubbeltouw. Dit biedt de grootste veiligheidsmarge als je touw vast komt te zitten en je moet terug klimmen aan een touw om het andere touw te bevrijden. Foto: Bas Visscher.

Tip 2: Overweeg je strategie met de rugzak of haulbag

Ik raad aan om goed na te denken over je strategie met je rugzak of haulbag als je een moeilijke multi-pitch gaat doen. Zeker een zware rugzak kan een enorme belemmering vormen in een lastige lengte.

Er zijn dan ook een aantal verschillende keuzes mogelijk in wat je als touwgroep besluit te doen met de rugzakken. De volgende scenario’s zijn mogelijk:

  • Je neemt twee rugzakken mee tijdens de aanloop en klim. Het voordeel is dat je zo het gewicht goed verdeelt en je altijd eten en drinken bij de hand hebt.
  • Je neemt twee rugzakken mee tijdens de aanloop. Vervolgens neem je er eentje op de rug mee tijdens het klimmen en eentje blijft achter bij de instap. Het nadeel van deze tactiek is dat de rugzak gauw relatief zwaar wordt tijdens het klimmen. Meestal zit er minimaal voor twee personen water, eten, regenjas en schoenen in de rugzak. Het voordeel is dat de voorklimmer zonder rugzak kan klimmen en dat de naklimmer met touwsteun kan nakomen.
  • Je neemt twee rugzakken mee tijdens de aanloop en geen rugzakken tijdens de beklimming. Al het materiaal hangt aan de gordel. Je laat beide rugzakken achter bij de instap. Je bent beperkt in wat je mee de route in kunt nemen maar je klimt wel beide zonder rugzak.
  • Eén iemand draagt een rugzak tijdens de aanloop en de ander maakt een touwrugzak; een techniek waarbij je het touw met twee lange uiteindes opbost zodat je het op je rug kan dragen. De klimmer met de touwrugzak trekt zijn klimgordel al aan.
  • In een driemans touwgroep kan je ervoor kiezen om met twee rugzakken te klimmen. De voorklimmer gaat dan licht zonder rugzak. De twee naklimmers dragen beide een rugzak. Op deze manier is het gewicht beter verdeeld onder de naklimmers.
  • Eén haulbag en één rugzak tijdens de aanloop. De rugzak blijft achter bij de instap, de haulbag wordt meegenomen tijdens de beklimming. Als je echt technisch klimt, kan het veel makkelijker zijn om je rugzak na te hijsen vanaf de standplaats aan een rapline. Hoe het haulen werkt, zie je in dit Petzl filmpje en dit Edelrid filmpje dat ik eerder noemde. Je kunt de rugzak ook in de haulbag meenemen, als je bijvoorbeeld niet terugkomt bij de instap.

Ik heb de laatste jaren geexperimenteerd met verschillende haulbags en het hijsen van mijn rugzak. Mijn ervaringen zijn in het kort:

  • Zonder rugzak voorklimmen werkt heel fijn als je een crux lengte klimt. Ook voor de naklimmer is het fijn. Je kan hierdoor veel beter op je limiet klimmen.
  • Het nahijsen van een rugzak of haulbag in een steile crux lengte gaat meestal soepel, maar je moet er wel goed over nadenken. Hijs alleen je haulbag in steil terrein. In liggend terrein komt hij snel vast te zitten. Pas op dat de haulbag geen steenslag veroorzaakt. Denk na bij elke pitch of het mogelijk is om te haulen zonder dat de haulbag vast komt te zitten. Je moet de haulbag altijd haulen voordat de naklimmer omhoog komt. Als de tas dan vast komt te zitten, kan deze nog door de naklimmer bevrijd worden. Klim in liggend terrein met de haulbag op je rug. Een zogeheten “lowerout” kan helpen bij het begeleiden van je haukbag door de naklimmer in een traverse. In dit artikel kan je nuttige tips vinden.
  • In meer alpien terrein gebruik ik ook vaak een oude rugzak die ik optakel in een cruxpassage. Een rugzak zit vaak toch iets lekkerder dan een haulbag. De rugzak kan wel kapot gaan door het haulen. Je moet dus goed nadenken of het terrein geschikt is.
  • Hoe groot moet je rugzak dan zijn? Dat wordt bepaald door de hoeveelheid items die je meeneemt. Ik gebruik zelf voor de meeste multipitch routes een 28L rugzak van 500 gram. Hier kan ik bijna alles mee doen. Hou het gewicht beperkt tot maximaal 4 á 5 kilo per persoon. Voor grote alpiene routes gebruik ik een 40L rugzak van 900 gram. Als ik wil haulen met een haulbag heb ik de keus uit een haulbag van 30L, 45L of 65L. Als je slechts één exemplaar wilt aanschaffen voor multi-pitchen, zou ik er eentje in de 30-40L range kopen.
Bas met een grote haulbag in de Verdon onderweg naar de route Ula. Foto: Alexander Sternfeld.
Jan klimt na met de grote haulbag omdat takelen in deze traverserende lengte geen goede optie was. De foto is genomen in de route “L’ame fatale” (6c, 250m) in de Verdon. Foto: Bas Visscher.

In de Dru noordwand haulden Danny en ik onze zware rugzak met bivakmateriaal in de cruxlengtes. We klommen met een enkeltouw en een rapline. Tijdens de afdaling moesten we 17 lengtes abseilen. Dit verliep goed - een rapline kan dus ook soepel werken tijdens lange abseils. Foto: Bas Visscher.

Tip 3: Bedenk een goede voor- en naklimstrategie

Veel klimmers in een tweemans touwgroep gebruiken standaard de “kop over kop” strategie als het om voor- en naklimmen gaat. Dat werkt zo:

  • De voorklimmer klimt een lengte voor en maakt stand.
  • De naklimmer klimt deze lengte na en maakt ook stand. De naklimmer heeft het materiaal (setjes en eventueel ook mobiele zekeringen) uit de lengte al aan zijn gordel hangen.
  • Op de standplaats geeft de voorklimmer het resterende materiaal aan de naklimmer.
  • De klimmers bereiden zich op de standplaats voor om van rol te wisselen in de volgende lengte.
  • De naklimmer wordt de voorklimmer en klimt de volgende lengte voor.

Dit is in veel gevallen een goede strategie maar het kan voor technische multi-pitches soms beter werken om een aantal touwlengtes met een vaste voorklimmer te werken.

Dit heeft de volgende voordelen:

  • Er is tijd om fysiek en mentaal te herstellen tussen de verschillende lengtes. De vaste voorklimmer kan tijdens het zekeren van de naklimmer namelijk weer opladen voor de volgende lengte. Wanneer de naklimmer direct de voorklimmer wordt, zoals in het kop over kopsysteem, bestaat het risico dat zijn of haar armen nog totaal verzuurd zijn van het naklimmen met, maar of zonder, zware rugzak.
  • Een vaste voorklimmer heeft tijdens het nazekeren ook ruim de tijd om zich te oriënteren op de volgende lengte. Je kan bijvoorbeeld tijdens het zekeren in de topo kijken of de lijn met haken in het terrein proberen te spotten.
  • Je kan met deze tactiek goed afbakenen wie welke lengtes doet. Het kan bijvoorbeeld handig zijn dat de sterkste klimmer van de touwgroep de cruxlengtes voorklimt.
  • Als het koud is, koel je op deze manier minder af. Je staat minder lang op één standplaats.

Deze vaste voorklimmer-strategie kent ook enkele nadelen:

  • Je touw ligt ondersteboven, waardoor het op standplaats sneller in de knoop komt. Dit is met een “pannekoek omgooi beweging” vaak goed op te lossen.
  • Op de standplaats moet er meestal meer materiaal overgeheveld worden dan bij de kopover-kop methode. Dit kost in de praktijk niet veel extra tijd.
  • Het kan wel zo zijn dat de vaste voorklimmer de mooiste lengtes krijgt, terwijl de naklimmer deze ook had willen voorklimmen

Als je meer hierover wilt weten, kan je ook deze blog lezen of dit filmpje bekijken.

In een driemans touwgroep gebruik je ook vaak een vaste voorklimmer-tactiek omdat wisselen van voorklimmer relatief veel tijd kost. Met zijn drieën klimmen is over het algemeen iets langzamer, maar wel erg gezellig! Op deze foto zie je mij (Bas) voorklimmen met een dubbeltouw en een rapline in de route Belle Fille Sure (6b+, 160m) in de Verdon. Foto: Karlijn de Wit.
Multi-pitchen op zijn best! Twee onbekende klimmers in het rode graniet van de Pic Adolphe Rey in het Mont Blanc massief. Foto, Bas Visscher.

Conclusie

Hopelijk heb je iets aan deze tips en helpt het je om meer uitdagende routes te kunnen klimmen! Als je meer wilt weten over multi-pitchen dan kan je ook deze pagina op de Petzl website bekijken. Hier vind je veel tips over verschillende onderwerpen. In een volgende blog zal ik het efficiënt klimmen van lange multi-pitches behandelen.

Terug naar overzicht