Op dinsdag 2 augustus vindt in Tokio tijdens de Olympische Spelen de herenkwalificatieronde plaats voor speed, boulder en lead. Op welke heren moeten we zeker letten op basis van de competities en eerdere combined toernooien? We lichten ze uit.
De 24-jarige Tomoa Narasaki staat bekend om zijn dynamische, vastberaden klimstijl, die hem in 2019 een eerste plaats in de overallranking van de boulder worldcups opleverde. In datzelfde jaar werd hij ook eerste op het WK boulder én het WK combined, waarmee hij bewijst een allround profklimmer te zijn. De Japanse Narasaki innoveerde het speedklimmen door een greep over te slaan aan het begin van de route – een revolutionaire verandering die nu de ‘Tomoa skip’ heet en door veel speedklimmers wordt toegepast. Hij heeft met 5.73 seconden het Japanse speedrecord op zijn naam staan en behaalde dit jaar in Amerika nog een derde plaats op de boulder worldcup. Kortom: Tomoa lijkt alles in huis te hebben om het niet alleen op het boulderonderdeel, maar ook overall ver te schoppen op de komende Spelen.
Tomoa Narasaki en Adam Ondra (Foto's: Eddie Fowke - IFSC)
Een geduchte concurrent van Narasaki – en minstens zo’n allround klimmer – is de Tsjechische Adam Ondra. Deze 28-jarige, die door velen als beste klimmer van zijn generatie wordt beschouwd, werd in 2019 tweede op de overallranking van de boulder worldcups. Adam bewees dat jaar in werkelijk elke discipline een expert te zijn, toen hij de boulderworldcup won – overigens van voorgenoemde Narasaki – door in tegenstelling tot de andere klimmers moeiteloos de boulder met een handverklemming (‘handjam’) te toppen. Meer recente prestaties leverde hij dit jaar op beide worldcups in Salt Lake City, Amerika, waar hij twee keer de gouden medaille in ontvangst mocht nemen.
Op veel internationale wedstrijden is het een nek-aan-nekrace tussen Adam Ondra en de Duitse Alex Megos. De 27-jarige Megos boulderde buiten al meerdere 8C’s en werd beroemd in de klimwereld toen hij als eerste persoon ooit een 9a onsight wist te klimmen. De van nature statische klimmer heeft zich de afgelopen jaren steeds meer een dynamische klimstijl aangemeten dankzij keihard trainen. Naar eigen zeggen traint hij in zijn thuishal dagelijks, als hij niet op reis is voor klimtrips of wedstrijden. In interviews geeft Megos aan tijdens het klimmen geen enkele druk van buitenaf te voelen, maar alleen vanuit hemzelf. Het is te hopen dat Alex ook op de Spelen in Japan deze mindset kan vasthouden en met zijn gebruikelijke enthousiasme klimt, want dan maakt ook hij een goede kans in zowel de boulderdiscipline als overall.
Alexander Megos (Foto: Eddie Fowke - IFSC)
Waar Janja Garnbret bij de vrouwen de gedoodverfde favoriet is voor goud, is het bij de mannen minder eenvoudig om één vermoedelijke winnaar aan te wijzen. Bij lead worden worldcups zelden tweemaal achter elkaar door dezelfde klimmer gewonnen en geregeld ontbreken de favorieten op het podium. Een goede kanshebber is de man die wordt gezien als de beste klimmer van zijn generatie: Adam Ondra. De 28-jarige Tsjech draait al jarenlang constant op topniveau mee in het worldcupcircuit en wist in 2009, 2015 én 2019 het overall worldcupseizoen lead te winnen. Op alle leadwedstrijden waaraan hij deelnam tussen 2016 en 2021 behaalde Ondra een topvijfplek, en ondertussen klom hij ook als eerste persoon ter wereld een 9c-klimroute in Noorwegen. Een talent als Adam is voer voor bewegingsanalisten en uit de vele onderzoeken die naar zijn bewegingen zijn gedaan, komen met name zijn ijzersterke vingers en opvallend snelle en efficiënte klimstijl naar voren.
Adam Ondra en Jakob Schubert (Foto: Eddie Fowke - IFSC)
Een grote concurrent van Ondra is de Oostenrijkse Jakob Schubert, die in 2011 een record vestigde door zeven keer op rij de lead worldcupwedstrijden te winnen. Zijn uitzonderlijke talent wordt direct duidelijk uit het feit dat hij pas op zijn twaalfde begon met klimmen, relatief laat in vergelijking met de andere topklimmers, maar een jaar later al meedeed aan EK’s en WK’s. Ook hij doet al lang mee in het worldcupcircuit en won in 2011, 2014 en 2018 de overall leadranking – en in dat laatste jaar werd hij ook wereldkampioen lead.
Een groot contrast met deze twee ‘oudere’ klimmers – Schubert is 30, Ondra 28 – is de achttienjarige Alberto Ginés López uit Spanje. Al op jonge leeftijd ontdekte de Spanjaard de klimsport dankzij zijn ouders die hem mee naar de bergen namen. Toen klimmen officieel onderdeel werd van de Olympische Spelen, verhuisde Ginés López in 2016 naar Barcelona om daar fulltime te kunnen trainen om zijn droom waar te maken: een plaatsing voor de Spelen. Die droom ging in vervulling toen hij in 2019 zevende werd op het Olympische kwalificatie-evenement in Toulouse. Hoewel hij relatief jong is, doet hij niet onder voor de meer ervaren atleten. In 2019 werd hij derde op het jeugd WK lead en in datzelfde jaar pakte hij brons en zilver op de lead worldcups.
Alberto Ginés López (Foto: Eddie Fowke - IFSC)
Boulderen en lead hebben als discipline van de klimsport veel overeenkomsten: beide vereisen een combinatie van kracht, techniek, flexibiliteit en inzicht en de routes kennen een grote variatie aan klimgrepen. Met een gestandaardiseerde route van 15 meter die zo snel mogelijk moet worden geklommen, is speedklimmen echter een compleet andere vorm van klimmen en de enige disciplines waarin records gebroken kunnen worden. Door het verschil tussen boulder en lead enerzijds en speedklimmen anderzijds, komt het op combined events geregeld voor dat de beste speedklimmer al aan het begin van de leadroute valt. Uitblinken in alle drie de onderdelen van het Olympische format lijkt dus haast onmogelijk, maar de Kazach Rishat Khaibullin komt dicht in de buurt. In Kazachstan is het gebruikelijk om alle drie de disciplines te trainen, waardoor Khaibullin zich tot een allround klimmer heeft ontwikkeld sinds hij op zijn zesde begon met klimmen. Toen de Spelen een jaar werden uitgesteld vanwege COVID-19, besloot de 25-jarige Rishat naar Tsjechië te verhuizen, waar hij met onder anderen Adam Ondra vrijwel fulltime traint.
Rishat Khaibullin (Foto: Skalolaz.pro)
Een sterke tegenstander van Khaibullin is de 24-jarige Italiaan Ludovico Fossali, die met 5,78 seconden het huidige nationale speedrecord op zijn naam heeft staan. Ludovico lijkt zichzelf ieder jaar te verbeteren: in 2017 behaalde hij brons op de overall speedranking van de worldcups, in 2018 werd hij tweede op de worldcup in China en in 2019 werd hij wereldkampioen in Japan. Op zijn vijfde begon Fossali met klimmen en zijn 19 jaar klimervaring maken hem een van de besten ter wereld. Dat hij daarbij een spanwijdte van 1.96 meter heeft bij een lengte van 1.85 meter, geeft hem wellicht net dat beetje extra voordeel.
Ludovico Fossali en Bassa Mawem (Foto's: Eddie Fowke - IFSC)
Als het aankomt op jarenlange klimervaring, heeft de Franse Bassa Mawem zeker een streepje – of beter: streep – voor op andere klimmers. De 36-jarige Bassa begon op zijn vijftiende met klimmen, toen een deel van de Olympische klimmers nog geboren moest worden. In 2011 werd hij lid van het Franse nationale team speedklimmen, wat hem een relatieve laatbloeier maakt. In 2014 behaalde hij voor het eerst een podiumplaats op de worldcup speedklimmen in Italië en vervolgens won hij 2018 en 2019 de overallranking van de worldcups speedklimmen. Zowel Bassa als zijn broer Mickaël – die zich ook plaatste voor de Spelen en met name uitblinkt in boulderen – staan bekend om hun onuitputtelijke enthousiasme, toewijding en acrobatische trainingsvormen. Beiden hopen het Olympische podium met elkaar te kunnen delen.