Hoogtelijn redacteur Ico Kloppenburg ging met Bergsportreizen mee op een mini-expeditie naar de Chulu East & Far East in Nepal. Lees hier zijn verhaal.
Een avontuurlijke en flexibele instelling blijkt een voorwaarde tijdens een mini-expeditie van Bergsportreizen en Snow Leopard. In Hoogtelijn 1-2016 verscheen een reisverhaal van redacteur Ico Kloppenburg, die mee was op mini-expeditie naar de Chulu East & Far East. “Een prachtige trekking in Nepal met als kers op de taart een top van ruim 6.000 meter,” aldus Ico.
Als je gaat wandelen in Nepal kun je kiezen tussen lodges (heel eenvoudige hotels) of een tent. Veel toeristen overnachten in een lodge, maar wie van de bekende routes wil afwijken of een top wil beklimmen, moet een tent meenemen. Daarnaast gaat er een keukenploeg mee en worden ook een bijbehorende kook-, eet- en toilettent naar boven gedragen. “Het aantal dragers en leden van de staf is daardoor fors.”
Een dag op trekking betekent dat je om half zeven wakker wordt gemaakt met thee, warm waswater en een gevarieerd ontbijt. Vervolgens start om acht uur de wandeldag, rond twaalf uur is er limonade met een warme lunch, en om vier uur heb je het doel van de dag bereikt. De wandeldagen zijn niet heel lang dus je hebt een rustig tempo. “Het heeft geen zin de dragers voorbij te lopen en het is veel beter voor het acclimatiseren,” merkt Ico. Rond zes uur schuif je aan voor het diner en na een korte briefing van de sirdar, de eindverantwoordelijke sherpa, gaat iedereen vroeg naar bed.
Hygiëne, eten en drinken is erg belangrijk in de bergen van Nepal. “De kok maakt weliswaar een smakelijke en hygiënisch bereide hap, maar of je onderweg toch ziek wordt, heb je ook zelf in de hand.” Het eten en drinken in Nepal is anders, maar pizza en taart wordt ook bereid door de kok. “Nepalezen drinken onderweg uit de beek en eten elke dag, ja elke dag, de nationale schotel ‘rijst met linzen’.”
Na een dag of tien die in het teken staan van acclimatiseren, ga je voor het eerst naar serieuze hoogte. “Vandaag is de grote test voor de top. We gaan over de Kang La, een pas op ruim 5.300 meter, terug naar het Annapurnagebied.” Bij een mini-expeditie is de trekking net zo belangrijk als de beklimming zelf. Bij ‘echte’ expedities met beklimmingen van 7.000 of 8.000 meter hoge bergen zit je wekenlang in een basiskamp, “en dan moet je nog in de buidel tasten voor dure gidsen, verzekeringen en materiaal dat je vrijwel nooit gebruikt.” In de praktijk betekent een mini-expeditie een prachtige tocht voor een veel lagere prijs, waarbij de kans groter is dat je de top haalt. “Met als kers op de taart een beklimming van een echte berg,” aldus Ico.
Veel bergsporters vinden het contact met dragers en staf zeker een meerwaarde. Dat vindt Ico ook: “Drie weken samen optrekken, geeft je een kijkje in het leven van de Nepalezen.” Dragers die dag na dag de bagage naar boven tillen, zorgen ervoor dat de groep bij elkaar blijft en vertellen je gaandeweg over de tochten die ze hebben gemaakt, over hun familie en het dorp waar ze vandaan komen. “En zo kan het gebeuren dat je ontdekt dat de sherpa die op zijn gympies voor je loopt al een paar achtduizenders heeft beklommen.”
Een hardcore alpinist of avonturier hoef je niet te zijn om mee te kunnen met een mini-expeditie. Zelfs het dragen van zware rugzak en dagmarsen van meer dan tien uur te lopen is niet nodig. Wel is het belangrijk dat je ervaring met meerdaagse bergwandelingen en een ‘avontuurlijke en flexibele instelling’ hebt. “Dat betekent: kunnen schakelen als dingen anders lopen dan gepland, genoegen nemen met relatief weinig comfort en niet zenuwachtig worden als je een nacht niet slaapt doordat er minder zuurstof in de lucht zit.” Het beheersen van klimtechnieken als abseilen is belangrijk. Daarnaast moet je er tegen kunnen om een aantal nachten achter elkaar te kamperen bij temperaturen die (soms ver) onder nul zakken. “Een mini-expeditie is een prachtige manier om een afgelegen gebied te bezoeken, een berg te beklimmen of te testen of je klaar bent voor een ‘echte’ expeditie.”
Lijkt jou een mini-expeditie ook een onvergetelijke ervaring? Bekijk dan het volledige aanbod aan mini-expedities.
Lees de reportage zoals deze in 2016 verscheen in Hoogtelijn 1.