MENU

Alpinisme volgens Reinhold Messner

Alpinisme zoals we het nu kennen is ontstaan toen Jacques Balmat en Michel Paccard voor het eerst de top van de Mont Blanc bereikten. Inmiddels wordt het alpinisme overal beoefend waar bergen zijn en is de sport afgelopen 11 december uitgeroepen tot UNESCO immaterieel werelderfgoed. Naar aanleiding daarvan buigt Reinhold Messner, een van de meest bekende bergbeklimmers ter wereld, zich over de vraag wat er precies bedoeld wordt met alpinisme.

"Alpinisme is de kunst van het beklimmen van toppen en rotswanden van hoge bergen in rotsachtig of ijzig terrein. Het vereist fysieke, technische en intellectuele vaardigheden, wordt gekenmerkt door een gedeelde cultuur die bekend is met hoge bergen, de geschiedenis van klimmen en bijbehorende waarden. Alpinisme omvat ook kennis van de natuurlijke omgeving en een sterke teamgeest. De meeste leden van de gemeenschap behoren tot alpiene clubs die fungeren als een drijvende kracht voor de alpinistische cultuur." Met deze uitleg werd afgelopen 11 december het alpinisme op de internationale Dag van de Bergen het alpinisme uitgeroepen tot UNESCO Werelderfgoed. De Alpenverenigingen uit Frankrijk, Zwitserland en Italië hadden daartoe een voordracht gedaan.

Vormen van alpinisme

De Italiaanse alpinist Reinhold Messner, de man die samen met Peter Habeler als eerst Mount Everest beklom zonder extra zuurstof, ziet dat de term 'alpinisme' behalve zoals hierboven op verschillende manieren kan worden uitgelegd, en onderscheidt vier mogelijke uitleggen.

Tekst en beeld: Reinhold Messner, vertaling: Peter Daalder

Reinhold Messner in zijn museum Ripa in Bruneck (Zuid-Tirol). Reinhold Messner bij de opening van zijn museum Corones op de Kronplatz boven Bruneck.

1. De kunst van het beklimmen

"Op de internationale Dag van de Bergen verklaarde de UNESCO dat het alpiene bergbeklimmen een traditie is die bescherming verdient. Daarbij wordt het alpinisme aangeduid als de ’kunst van het beklimmen van toppen en rotswanden van hoge bergen in ieder seizoen, in rotsachtig of ijzig terrein’.

Naast de noodzakelijke technische en mentale vaardigheden die een bergbeklimmer moet hebben, wijst UNESCO ook op de ethische en esthetische aspecten van de bergbeklimmerstraditie zoals die in de Alpen is ontstaan. Daarbij hoort het principe van het lopen in een touwgroep als symbool voor de teamgeest, evenals de bereidheid elkaar te helpen naast ieders eigen verantwoordelijkheid. Maar ook het ecologisch besef - op de berg laat je geen sporen achter -, maakt daarvan deel uit. Het traditionele alpinisme is daarmee voldoende neergezet: het is het beeld van 250 jaar bergsport die ons in staat stelt de bergwereld te ontdekken.

Reinhold Messner na zijn solo op de top van de Nanga Parbat (8125 meter) in 1978.

2. De klimsport op de Olympische Spelen

Sportklimmen kan gezien worden als de wedstrijdsport die is voortgekomen uit de Alpenverenigingen en dus het alpinisme. Bij de Olympische Spelen in Tokio in 2021 is voor het eerst ‘sportklimmen’ als discipline te zien, in het Aomi Urban Sports Park op een kunstmatig eiland in de baai van Tokio. Het wordt een individuele wedstrijd voor mannen en vrouwen. Voor de Spelen is een combinatie gemaakt van speed, boulderen en lead. Na de kwalificatie gaan zes sporters naar de finale. Er mogen twintig mannen en vrouwen meedoen en per groep maximaal twee uit één land.

Adam Ondra, op dit moment de beste sportklimmer ter wereld, is favoriet bij de mannen, hoewel hij bij speed, een aapachtig omhoog klauteren over een kunststofwand, vanwege zijn leeftijd in het nadeel is.

3. Overwinning van de menselijke wil

Uit protest tegen het massatoerisme in de Himalaya heeft een jonge extreem-bergbeklimmer maandenlang doorgebracht bij de Everest. Zijn levensgevaarlijke obsessie de hoogste berg ter wereld alléén te beklimmen zonder extra zuurstof en bovendien nog in de winter, maakt het tot een gedurfd project. Alpinistisch gezien een top-plan, dat nog nooit iemand gelukt is. De enorme stormen, grote kou en het hoge risico, niets schrikt de 27-jarige Duitser Jost Kobusch af. Hij zet er zijn vermogen om langdurig te lijden tegenover.

De klimmer geeft zichzelf 1 procent kans. Ik denk dat hij gelijk heeft. Waarom hij desondanks alles waagt? Vanaf november was hij in de Himalaya, vanaf december in het Everest basiskamp, waar hij zich op zijn geplande tocht voorbereidt.

Wat doet hij zo lang in het basiskamp, vragen niet alleen zijn fans zich af. Via internet publiciteit genereren om zijn avontuur te financieren? Waarom niet? Het gaat hem om zoveel mogelijk likes, de meesten van zijn fans hebben geen idee van de werkelijke omstandigheden op de Mount Everest, ze stellen het zich alleen als on-voor-stel-baar zwaar voor.

Het gaat hem ‘lukken’, lees ik, want ‘alles is mogelijk als je er maar in gelooft’. Dat staat misschien in het coaching-handboek, maar het gaat niet op voor bergbeklimmen op de hoogste bergen ter wereld. Want alpinisme is niet ‘de overwinning van de menselijke wil over de natuurkrachten’, maar de kunst dáár te overleven waar de mens niet thuishoort.

Nog voordat de Everest gesloten werd vanwege het coronavirus, moest Kobusch door de extreme wind, een peesblessure en maagproblemen zijn poging opgeven op 7350 meter. Voor 2024 wil de Duitser zijn plan volbracht hebben.

4. Project Possible

Nimal Purja, midden 30, is een Gurka uit de bergen van Nepal, elitesoldaat in het Britse leger. Na zijn geslaagde expeditie naar Everest in 2018 besluit hij de veertien 8000’ers in één jaar te beklimmen. Voor dit ‘Project Possible’ verlaat hij het leger en maakt daardoor geen aanspraak meer op zijn militaire pensioen.

Hij was kennelijk nogal zeker van zijn zaak. Hij beklimt Mount Everest en Lhotse op dezelfde dag, twee dagen later de Makalu, de vier Karakorum-8000’ers en de Nanga Parbat binnen drie weken. Hij gebruikt verschillende keren zuurstof uit een fles, volgt als het mogelijk is commerciële expedities en wordt voortdurend ondersteund door zijn begeleidende team sherpa’s. Alles precies zoals van tevoren aangekondigd. Net zoals hij de vluchten met een helikopter tussen de basiskampen niet verzwijgt.

Zijn volgers zien een project dat Nimal vastberaden, met doorzettingsvermogen en zelfs met bekwaam diplomatiek handelen volbracht heeft. Veel vaker was het idee ‘’14x8000 binnen een jaar’’ aangekondigd, maar niemand bracht het tot een goed einde. Totdat een Gurka uit Nepal het in zeven maanden lukte.

Wedstrijdsport, gevaarlijke sport, aandachtsport?

Deze vier uitleggen van het alpinisme laten zien hoe het er voorstaat met de ‘verovering van het nutteloze’ (L. Terray). De bergsport is aan ontreddering ten prooi gevallen. Sportklimmen als olympische sport, zoals het klimmen in de hal op kunstmatige grepen een sport is, een prachtige sport, meetbaar in moeilijkheidsgraden, secondes en hoogtemeters. Maar het is geen alpinisme.

Wat Alex Honnold, de solo-klimmer, op de wanden van El Capitan in Yosemite Valley doet, is niet alleen maar gevaarlijk, het is een kunst, die alleen hij zo virtuoos beheerst. Het is een discipline binnen het alpinisme die aan fascinatie wint, maar nauwelijks navolgers heeft (gelukkig maar), en ook geen alpinisme is.

De vele toeristen die via geprepareerde routes op de bekendste bergtoppen van de wereld klimmen - Mount Everest, Aconcagua, Kilimanjaro, Mont Blanc -, zijn immers bereid de beklimming te wagen, terwijl Jost Kobusch niet alleen afziet van extra zuurstof, een klimmaat en sherpahulp, maar uiteindelijk ook afziet van de top. ‘Het is een ouderwetse vorm van alpinisme, by fair means, zonder hulpmiddelen, met beleving van de flow, een bijna doodervaring en tenslotte zijn wedergeboorte’, wordt zijn project omschreven. Het klopt op zich, maar het is vooral bekwame public relations. Is hij niet meer ‘influencer’ dan een alpinist? Het traditionele alpinisme is gebaseerd op mentaliteit en daadkracht, niet op likes en kliks."

Traditioneel alpinisme

Hoewel er dus meerdere interpretaties van de term 'alpinisme' mogelijk zijn, is voor Messner de enige werkelijke vorm het traditioneel alpinisme. Hierbij lijkt het dan te gaan om 'de kunst van het beklimmen van toppen en rotswanden van hoge bergen in ieder seizoen, in rotsachtig of ijzig terrein zonder extra hulpmiddelen, intreger en met respect voor de omgeving.'

alle blogs