In de meeste natuurgebieden moet je juist op de paden blijven. Anders verstoor je de dieren of maak je de natuur kapot. Maar op sommige plekken mag dat juist wel, vrij struinen. Juist doordat het zo bijzonder is in Nederland, maakt dat het extra avontuurlijk. Zelf doe ik liefst een lange broek en stevige schoenen aan. Want het kan zijn dat je door hoge begroeiing moet waden. In je speurtocht naar mooie plekken en routes sta je soms oog in oog met een (groot) beest. Ga daar dan natuurlijk wel met een bocht omheen.

Door Joanne Wissink

Foto's door Mini Expedities

De Stille Kern

De Stille Kern is een gebied van 1100 hectare midden in het Horsterwold in Flevoland. Het Horsterwold is aangeplant als productiebos. De Stille Kern wordt met rust gelaten. Inmiddels is het er ruig en komen er allerlei bijzondere dieren voor. Een kudde Konikspaarden en damherten lopen hier rond. Bij de waterplas leven weidevogels, als lepelaars, grutto’s, zwanen en zelfs een zeearend kun je hier spottten. Het gebied zelf bestaat uit dichte bossen, deels essenbos, wilgen en open weidelandschappen. Kom je hier in het voorjaar dan staan niet alleen de meidoorns in bloei, er is een enorme hoeveelheid aan bramen en brandnetels. In de winter kan het dan juist weer heel nat zijn. En je mag dus overal struinen! Dit is echt struinen met de grote S. Veel bomen zijn omgewaaid en de Flevo jungle groeit soms ver boven je uit. Door de woestheid voelde ik me soms als Doornroosje in haar begroeide paleis.

Stuifzandgebieden

Nederland kent een aantal grote stuifzandgebieden. Denk aan de Loonse en Drunense duinen, de Soesterduinen en het Kootwijkerzand. Deze gebieden hebben met elkaar gemeen dat het bijna een soort woestijn lijkt. Het microklimaat is heel bijzonder. In de zomer kan het overdag extreem warm worden, terwijl het in de nacht enorm afkoelt. Er ontstaan dus grote temperatuurverschillen, met heel specifieke planten en dieren die hier leven. Bijzonder is dat deze grote open vlaktes toegankelijk zijn. Je mag er vaak vrij struinen. Wij niet alleen, ook de dieren lopen hier van hot naar her. Kijk vooral goed om je heen naar sporen van herten en zwijnen of juist van alle kleine reptielen en insecten. Let wel op: het struinen beperkt zich echt tot de open zandvlaktes. In de bossen en tussen de struiken blijf je wel op de paden.

Waddeneilanden

Ook op de Waddeneilanden vind je gebieden waar je mag struinen. Terschelling is het eiland waar je eigenlijk overal mag lopen. Alleen tijdens het broedseizoen (maart t/m augustus) zijn er regels voor de toegankelijkheid. De Boschplaat is dan gesloten om de broedende vogels voor hun nageslacht te laten zorgen. Een ander spectaculair gebied is de Slufter op Texel. Hier stroomt de zee de duinen in. De kreken lopen vol bij hoogwater. Het zorgt voor planten die alleen met zout water kunnen overleven, zoals bijvoorbeeld lamsoor en zeeaster. Een groot deel van de Slufter is vogelreservaat. Maar het zuidelijk deel is vrij om te struinen waar je wilt. Ook op het eiland Schiermonnikoog zijn delen toegankelijk om vrij te dwalen waar je wilt. Mits het buiten het broedseizoen is.

Kwade hoek

Natuurgebied de Kwade Hoek ligt op Goeree-Overflakkee, buiten de Grevelingendam. Het is onze Nederlandse variant van de Bermuda Driehoek. Schepen liepen hier makkelijk vast voor de kust. In het oostelijke deel mag je struinen. Je loopt daar vooral over strand, zandduintjes en natte delen van het schor. Laat je hier niet verrassen door hoogwater op je struintocht.

Tiengemeten

Tiengemeten is een eiland in het Haringvliet. Je komt er door een pontje te nemen dat dagelijks vaart (alleen niet in deze coronatijden). Het is een feest voor iedereen die wil modderen, dwalen of struinen. Dichtbij de pont ligt Speelnatuur van Natuurmonumenten. Hier bouw je vlotten en modderglijbanen tot je moe bent. Dan rest nog de rest van het eiland. Over dijken, door weilanden en door hoog gras mag je gaan en staan waar je wilt. Pas wel op voor een kudde Schotse Hooglanders. Toen ik er was kregen die de lente in hun bol. Als een vlucht spreeuwen die door de lucht manoeuvres maakt, ging de hele kudde in draf alle kanten op. Zelf liep ik door hoog gras, zonder zicht op de beesten. Best spannend!

Struinroutes langs rivieren

Langs de grote rivieren zijn op meerdere plekken struinroutes gemaakt. Struinroutes? Ja. Struinroutes, je volgt de rivier. Langs de Waal, tussen Vuren en Zaltbommel kun je een marathon lopen door de uiterwaarden. Dit mag van april tot en met oktober. In de winter staat het water hoog en liggen de uiterwaarden dus onder water. De meeste pontjes varen dan ook niet meer. Maar het is altijd mogelijk een alternatieve route te nemen. Deze loopt meestal over de dijk. De struinroute tussen Vuren en Zaltbommel start bij Slot Loevestein en de Brakelse Benedenwaarden, een groot grasland waar Konikspaarden en runderen grazen. Het is de start van een tocht door uiterwaarden, met dijken, kades, ooibossen en plassen. Bij de splitsing van de Rijn en de Waal, dichtbij Nijmegen ligt de Klompenwaard. Nog zo’n plek om te struinen, alleen toegankelijk bij laagwater. Hier leven ook bevers en ijsvogels.

Struinen is voor mij het ultieme gevoel van vrijheid. Ik check wel altijd voor ik daadwerkelijk van de paden af ga wat de laatste regels zijn in een gebied. Broedseizoen, corona en kwetsbare natuur kunnen er zomaar voor zorgen dat een stuk land tijdelijk is afgesloten.