Wandelen in Zwitserland is magisch: sprookjesachtige bergmeren, stille dalen vol bloemen en overal goed onderhouden paden en gele bordjes die je feilloos de weg wijzen. Maar wist je dat die paden er niet vanzelf zo mooi bij liggen? Dat is het werk van gepassioneerde vrijwilligers en lokale vakmensen. Tijdens mijn reis door Bern ontdekte ik hoeveel liefde en toewijding er nodig is om het wandelnetwerk in topconditie te houden. Ik ging op pad met een paar van deze stille helden — Ursula, Martin en Jürg — en deel hun verhalen én een paar wandeltips voor routes die dankzij hen zo onvergetelijk zijn.
Een paar weken geleden was ik in het pachtige Gasterntal, waar ik Ursula ontmoette. Ursula is vrijwilliger bij de Berner Wanderwege en vertelde me vol trots hoe zij en vele anderen de wandelpaden in deze regio onderhouden.
Veel wandelaars staan er niet bij stil: wie vervangt een wegwijzer, repareert een rotte plank of herstelt een stuk pad dat door regen of sneeuw is weggeslagen? Alleen al in het kanton Bern ligt zo’n 10.000 kilometer aan wandelpaden — en dat is nog geen vijfde van het totale Zwitserse wandelnetwerk. Elk jaar controleren de beheerders van 78 districten deze paden en de bewegwijzering. Grote klussen worden uitgevoerd door speciale renovatieteams. Allemaal vakmensen met een groot hart voor de bergen.
Vandaag mag ik met Ursula op pad. Normaal gesproken werkt ze alleen. “Wat een luxe dat iemand nu het trappetje vasthoudt! Kom, we gaan een paar borden vervangen,” lacht Ursula terwijl we stevig doorstappen. De gele wegwijzers worden nog weleens gestolen — een prijzig souvenir, want een nieuw bord kost al snel 600 CHF (€ 630). Dankzij onder andere het Gegenrechtfonds, waar ook jij als NKBV-lid aan bijdraagt, kunnen deze kosten worden opgevangen, en krijgt Ursula de nieuwe borden thuis geleverd. “Een boormachine is veel te zwaar. Kijk, in dit kistje zit alles wat ik nodig heb.”
Na een ochtend klussen in het Gasterntal warmen we op met een kop warme chocolademelk. Buiten klinkt het heldere gerinkel door de vallei, samen met het ruisen van de Kander. “Mooie achtertuin heb je, Ursula,” zeg ik. Ze kijkt me stralend aan en knikt: “Ja, ja, ja — niet verkeerd, hè?”
De volgende dag ontmoet ik Martin, een andere vrijwilliger in de omgeving van Kandersteg. Hij had gezien dat een aantal wit-rood-witte markeringen op de wandelroute wel een nieuw likje verf kunnen gebruiken. De kleurcodes zijn belangrijk: gele paden zijn voor iedereen toegankelijk, wit-rood-witte markeringen duiden op bergpaden met steile stukken, en wit-blauw-witte markeringen geven alpiene routes aan die klimervaring en een goede conditie vereisen.
Aan Martin de belangrijke taak om ervoor te zorgen dat deze markeringen goed zichtbaar blijven. Helaas werkte het weer niet mee en ruilden we het wandelpad in voor een warme kop thee. Maar het mooie aan Zwitserland: in het ene dal hangen de wolken, in het andere schijnt de zon.
In de middag trekken we verder naar de Jungfrau-regio, waar Jürg ons meeneemt naar Grindelwald. Onderweg kletst hij honderduit over zijn familie, zijn droom om ooit eigen kippen te houden, zijn passie voor de bergen en hoe hij geniet van de stralende gezichten van wandelaars. Samen lopen we de beroemde route naar de Bachalpsee en beginnen we aan de Panoramaweg bij Männlichen.
“Of je nu een beginner bent of een doorgewinterde wandelaar — de Panoramaweg moet je echt een keer lopen!” aldus Jürg, terwijl hij vol trots de besneeuwde toppen aanwijst.
Een van die gepensioneerde vakmensen is Bernhard Mani. Hij onderhoudt samen met een aantal collega’s een deel van de Via Alpina, een klassieker onder Zwitserse langeafstandswandelroutes. 3 etappes (13, 14 en 15) van deze route lopen door het kanton Bern.
Het is zwaar werk. Hij heeft altijd een houten kistje bij zich met standaard uitrusting bij zich: klein gereedschap, een stuk touw, een EHBO-set en kwast en verf. Onderweg verwijdert hij stenen, herstelt traptreden, schildert hij de routemarkering bij en legt hij soms hele stukken pad opnieuw aan. En onderweg maakt hij graag een praatje met wandelaars.
Al deze kilometers paden onderhouden is kostbaar werk, zeker voor kleine berggemeenten. Vrijwilligers zijn daarom onmisbaar. Wil je net als Ursula of Bernhard zelf helpen? Meld je aan bij Berner Wanderwege en ontdek waar jouw hulp welkom is. Het is de moeite waard: je werkt in de frisse berglucht, verplaatst stenen, vervangt bordjes, legt bruggetjes aan — én je doet iets terug voor de natuur.
Deze vrijwilligers kennen de bergen op hun duimpje en hen gevraagd welke wandelingen zij nou aan zouden raden om deze zomer te ontdekken. Ik heb hun tips voor je op een rij gezet.
Als je etappe 13 van de Via Alpina wandelt, ook wel de koningsetappe genoemd, dan kom je langs het schitterende Oeschinenmeer. Sprookjesachtig én instagrammable. Maar eerlijk is eerlijk: het is er vaak druk. Daarom deel ik vandaag een geheime tip met je, een plek waar ik helemaal tot rust kwam: het Üschenetal.
Vanuit Kandersteg, in de regio Adelboden-Lenk-Kandersteg, neem ik de kabelbaan naar de Allmenalp. Je kunt ook te voet, maar dan moet je eerst wel een spannende klettersteig overwinnen. Dan moet je geen last van hoogtevrees voor hebben (en een beetje klimervaring helpt ook). Eenmaal boven aangenomen met de kabelbaan neem ik de tijd om van het uitzicht te genieten: onder mij heb ik zicht op het dorp en aan de overkant schittert het Oeschinenmeer.
Ik strik mijn veters en volg de route die omhoog slingert langs groene bossen en alpenweiden. Na de afdaling bij Ryharts bereik ik het verborgen Üschenetal, waar ik geniet van prachtige uitzichten en foto’s maak van weiden, muurtjes en bergen. Bij Schwymbödi kies ik tussen een smal pad of een brede grindweg richting Usser Üschene met een bergrestaurantje. Daarna wandel ik via Eggeschwand en langs de Kander terug naar het Kandersteg met een hoofd vol mooie herinneringen.
In de buurt van Kandersteg vind je Grindelwald in de Jungfau Region. Als je hier bent mag je de wandeling naar de Bachalpsee niet overslaan. Vanuit Grindelwald neem je de gondel die je naar Berggasthaus First op 2200 meter hoogte brengt. Vanaf dit punt wandel je via brede goed aangelegde paden en langs bloeiende Alpenweiden naar de Bachalpsee. De wandeling begint met een korte maar steile klim. Daarna leidt de route licht omhoog en omlaag naar het blauwe juweel van de Berner Alpen. De wandelroute vanuit First en weer terug is 6 km lang en duurt ca. 2 uur. Maar ik tip je nog 2 mogelijkheden om de wandeling te verlengen en er zo nog wat uurtjes aan vast te plakken;
Een andere wandeltip in een rustiger gebied, en ook perfect om met je kinderen te doen, is de wandeling vanaf bergstation Sulwald naar de Lobhornhütte. Uit te breiden naar een 5-daagse huttentocht voor ervaren wandelaars.
Vanuit het bergdorpje Isenfluh neem je het nostalgische rode kabelbaantje omhoog naar Sulwald. Deze bestaat al sinds 1975 en biedt slechts plek aan 8 personen of 1 koe.
Boven aangekomen staan de bordjes dat de Lobhornhütte al aangegeven staat. Het eerste stuk loopt richting Sulsalp. Het pad slingert door de bossen omhoog, vergeet niet om af en toe even te stoppen om de doorkijkjes te bewonderen. Na ongeveer 40 minuten bereik ik de Sulsalp: een eenzame boerderij in een groene bergkom, met de beek Sulsbach ernaast. Ik lunch bij het idyllische bergmeer Sulsseewli en overweeg een korte frisse duik te nemen, maar besluit toch om verder te lopen. Misschien op de terugweg…
Het is nog ca. 10 minuten wandelen voor ik bij de Lobhornhütte aankom. Na een korte stop en een leuk gesprek met een aantal andere wandelaars besluit ik terug te lopen en neem de kabelbaan weer naar beneden. Vergeet niet van te voren nog even te checken hoe laat het laatste kabelbaantje weer naar beneden gaat.
5-daagse huttentocht
Deze wandeling is het begin van een prachtige 5-daagse huttentocht van Lauterbrunnen naar Kandersteg. Je wandelt over een stukje Via Alpina en overnacht in iconische hutten van Bern. Er zitten een paar pittige en lange etappes in, dus de tocht is vooral geschikt voor ervaren wandelaars met goede conditie.
Zwitserland biedt je niet alleen de mooiste paden, maar ook de kans om er zelf een steentje aan bij te dragen. Trek je wandelschoenen aan, pak je rugzak en meld je aan als vrijwilliger — of plan gewoon je volgende tocht en geniet dubbel van de natuur, omdat je weet hoeveel werk erin zit.
Dit artikel is tot stand gekomen in samenwerking met Zwitserland Toerisme