MENU

Database

Andes Expeditie

1952

Bergen: Nevado Queshque (5463m), Nevado Pongos Sur 1 (Meruraju) (5680m), Huantsán (6369m)

Peru
Cordillera Blanca, Andes
✓ Top behaald

  • Team
    Cees Egeler, Tom de Booy en Lionel Terray (F)
  • Resultaten
    Nevado Queshque (5463m) via zuidwestflank, eerstbeklimming berg door Cees Egeler en Tom de Booy; Nevado Pongos Sur l (Mururaju) (5680m) via westflank-zuidwestgraat, eerstbeklimming berg door hele team; en Huantsán (6369m), noordnoordwestgraat, eerstbeklimming berg door hele team
  • Stijl
    Alpiene stijl

Als eerste op een felbegeerde Andes-top

Op 6 en 7 juli 1952 stonden de Nederlanders Tom de Booy en Cees Egeler samen met de Franse gids Lionel Terray op de Noord- (6113m) en Zuidtop (6395m) van de Peruaanse berg Huantsán. Het was de hoogste onbeklommen top van de Cordillera Blanca en een felbegeerd doel onder alpinisten. Dit succes is een van de hoogtepunten uit de Nederlandse na-oorlogse klimgeschiedenis.

Twee Nederlanders en een Franse gids

De Franse berggids Lionel Terray (1921 - 1965) is misschien wel de grootste klimmer van zijn generatie. Op zijn palmares staan onder meer de tweede beklimming van de Eiger noordwand met zijn vaste klimmaat Louis Lachenal in 1947, en de Franse expeditie naar Annapurna (8091m) in 1950, waar hij een sleutelrol speelde bij de redding van zijn teamgenoten.

In datzelfde jaar ontmoet hij Tom de Booy en Cees Egeler in het gidsenbureau Chamonix. De twee Nederlanders waren zich aan het voorbereiden op een geologische expeditie naar Nanda Devi (7816m) in India en wilden een aantal moeilijke routes in het Mont Blanc-massief klimmen. Het klikt meteen, en het trio maakt samen een aantal tochten in het Mont Blanc-massief.

Naar de Cordillera Blanca

De geologische expeditie naar Nanda Devi gaat uiteindelijk niet door, maar in 1952 organiseren De Booy en Egeler met Terray alsnog een wetenschappelijke/alpiene expeditie naar de Cordillera Blanca in Peru. Toen in het voorjaar bekend werd dat de Nederlanders de onbeklommen Huantsán (6395m) op het oog hadden, ontvingen zij een brief van een Amerikaanse expeditieleider die hen verzocht een andere top uit te kiezen omdat de Amerikanen zelf hun pijlen op de felbegeerde top hadden gericht. Maar de Nederlanders hielden vast en reisden naar Peru.

Over Huantsán

Slechts één keer eerder was een poging ondernomen om de uitdagende bergreus Huantsán te beklimmen. In 1939 waagde een Oostenrijks-Duitse expeditie een onsuccesvolle poging. Ook tegenwoordig is Huantsán een van de minst beklommen 6000 meter-toppen in de Cordillera Blanca. Alle routes naar de hoofdtop zijn technisch uitdagend.

Tegenspoed en succes

De weg naar de top was ook voor De Booy, Egeler en Terray niet gemakkelijk. De eerste tegenslag kwam toen de Franse alpinist Raymond Grière door omstandigheden toch niet mee kon. Een touwgroep van drie man was, zeker in die tijd, voor een berg als Huantsán eigenlijk te klein. En ook nadat de ‘aanval’ was ingezet kregen de drie klimmers behoorlijk wat tegenspoed te verduren.

Tijdens de eerste poging maakte De Booy een val van 90 meter, die wonderbaarlijk goed afliep, waarna een overnachting op 5500 meter hoogte volgde. De tweede poging mislukte eveneens, doordat de klimmers meer dan 60 uur in een sneeuwstorm Kamp II vast kwamen te zitten. Pas bij de derde poging, na een bijzonder zware tocht, wisten de drie de top van Huantsán te bereiken. Ze klommen via de noordnoordwestgraat in zes dagen naar de top.

Boeken

  • Boek: C. G. Egeler, Naar onbestegen Andes-toppen (1953).
  • Boek: R. Gianotten, De laatste meters – De beste klimverhalen (2002).
  • Boek: C.G. Egeler, De val, pag. 206.
Deel jouw foto’s, notities of andere informatie met ons en maak deze expeditie compleet.
Informatie delen