
Katja kan ook uit eigen ervaring putten. "Ik zie wel een verschil tussen wedstrijdsport en alpinisme. Ik heb heel actief aan hardlopen gedaan, in de nationale ploeg op de 800, 1500 en 3000 meter. Daar is het logisch dat er een splitsing is tussen mannen en vrouwen, want mannen zijn daar evident sneller."
Ze vervolgt: "Maar als ik kijk naar de voorbeelden van het hoogteklimmen, dan denk ik bijvoorbeeld aan beklimmingen die ik deed op Mera Peak, Cho Oyu, maar ook op Gasherbrum.... Nou, laat ik Cho Oyu als voorbeeld nemen: daar zat ik in een team met 18 mannen en 2 vrouwen, en ik zat in het eerste topteam van 10, en ik was van dat groepje de enige die de top haalde. En wat ik altijd zo irritant vind, is dat men er altijd vanuit gaat dat ik achteraan hing met de langzame mannen. Ja, dan ga ik niet vertellen dat ik in dit geval de sterkste was. Nee, dat hoef ik niet te melden. Maar ik vind het wel echt heel vervelend dat er altijd maar vanuit gegaan wordt."
Frederike knikt instemmend. "Mijn ervaring op de Cho Oyu was dezelfde. Wij waren met 22 mannen en 2 vrouwen en ik was samen met twee mannen de enige die in het bovenste kamp gekomen is. Maar ook de eerste en de laatste."
Foto: Katja tijdens de beklimming van Cho Oyu, 1998. © Katja Staartjes