MENU

Han vervolgt: “Ik was in die tijd erg fanatiek en gedreven. Als ik in de Alpen was, dan wilde ik elke dag wel een moeilijke route klimmen. Niet zozeer vanwege de sensatie of publiciteit, maar vooral om de uitdaging op te zoeken en mijn grenzen te leren kennen. Het lukte me helaas niet goed om in Nederland mensen te vinden die daar in mee wilden doen. Dat was soms best frustrerend. Frits Mansvelt Beck zou een hele goede partner geweest zijn, maar die kwam algauw in een volgende levensfase terecht. Jaap en Geert Dijkhuis waren heel leuk om mee samen te klimmen, omdat ze ook vol energie zaten, maar we hadden niet altijd dezelfde ambitie. Ik droomde van steeds moeilijkere routes en ik had een drang om te klimmen die moeilijk te controleren was. Ik was daarom altijd op zoek naar de ideale partner. "

"Met buitenlandse partners was het om praktische redenen vaak lastig. Ik heb nog wel geklommen met Peter Boardman in Wales en met Vojtech Kurtyka in de Calanques [internationale topklimmers uit die tijd - red.]. Heel bijzonder om hen te leren kennen en ze waren allebei heel aardig. Maar van grotere avonturen in de bergen is het nooit gekomen.”

“Door het gebrek aan de perfecte klimpartner heb ik ook geëxperimenteerd met solo-klimmen. Zo kon ik klimmen wanneer ik wilde. Ik heb bijvoorbeeld de Fuorikante (800m, VI+) solo met een touw gedaan. Ik herinner me nog goed de spanning toen ik eraan begon en ik heb er nooit veel over gepraat. Als ik er nu aan terugdenk dan was het zeker meer risicovol, maar ik denk dat ik mij tijdens het klimmen altijd in mijn element heb gevoeld en genoeg marge over had. Het bleek vooral op touwtechnisch vlak erg onhandig te zijn en daarom ben ik ermee gestopt.”

Foto: Han Timmers en Geert Dijkhuis in Freyr