MENU

Video- en schiftelijk verslag beklimming Moonflower Buttress

Marianne van der Steen en Dennis van Hoek hebben half mei een vrije beklimming van de Moonflower Buttress in Alaska gedaan. Binnenkort verschijnt een compleet videoverslag van de beklimming, maar we lichten graag alvast een tipje van de sluier op met deze promo en het verslag geschreven door Marianne.

Alaska Moonflower 2014 - promo from Marianne van der Steen on Vimeo.

"Wat eerder dan gepland zijn we weer terug. We dachten eigenlijk tot ongeveer 26 mei op de gletsjer te verblijven, maar nu hebben we nog even de tijd om 'bears & moose' te spotten en toeristje te spelen.

Langer blijven had geen zin. We hadden geen permit om Denali op te klimmen en in het basiskamp waar wij waren, was het weer uitzonderlijk warm. Normaal zou het nu zo'n -15ºC moeten zijn overdag, maar het was rond nul graden overdag rond de middag. We zagen alles in rap tempo weg smelten, helaas. 's Nachts was het nog wel ruim onder het vriespunt.

Op 7 mei zijn we op de gletsjer aangekomen en we namen een paar dagen om het gebied te verkennen en ons eigen kampje in te richten. Als warm-ups zijn we een vallei ingeskied (8 Mei) om alle routes te bekijken die er op ons lijstje stonden. De volgende dag hebben we de 'Mini Moonflower' geprobeerd, een kleine route verderop in de vallei. Helaas was er al erg veel weggesmolten en vonden we het niet verstandig om verder te klimmen. Na zo'n 7 touwlengtes zijn we teruggegaan. Inmiddels hadden een aantal groepen ons grote project ook al geprobeerd, maar waren allen teruggekeerd vanwege het te warme weer en de daardoor slechte condities van de route.

Ondertussen waren er twee Amerikaanse teams en een Belgisch team (Maxime en Sam) die de route zouden instappen. Het is niet erg verstandig om de route in te gaan met zo veel klimmers boven je (vanwege ijs en steenval) dus hielden we nog een extra rustdag voor onze poging.

We zijn vroeg de route ingestapt en klommen snel door de eerste lengtes. Bij de eerste grote crux, "The Prow" genaamd (een stuk uit stekende rots dat er uit ziet als een soort scheepsboeg, waarin je via een dunne spleet omhoog zou moeten aid-klimmen, A2/A3 gewaardeerd) lukte het me om het stuk on-sight vrij te klimmen.

Boven in het eerste ijsveld maakten we onze eerste bivak. Elke avond om 20:00 uur kon je via de radio (walkie-talkie) het weerbericht ontvangen. Hierin werd verteld dat er veel wind en sneeuw was voorspeld voor de volgende dag.

's Ochtends werden we wakker met sneeuw en een goede hoeveelheid wind. Niet echt veilige omstandigheden om mee verder te klimmen. Twee dagen later zou het weer beter worden.

We besloten terug te keren.

Ruim een dag later leek het weer goed genoeg te zijn voor nog een poging. Ondertussen waren de twee Amerikaanse teams ook teruggekeerd voor 'the Prow'. Alleen de Belgen waren nog in de route. We stapten weer in de route. Nu wel erg snel klommen we tot aan ons eerste bivak. Zelfs de crux ging snel en natuurlijk weer alles zonder aid klimmen. We hadden genoeg tijd om te genieten van de zon in ons bivak. De volgende lengtes alvast klimmen leek ons niet verstandig, dit bivak was het beste bivak in de route, dus een betere rustplaats.

De tweede dag stond 'The Shaft' op het programma. Een smalle geul met ijs. Overhangend ijs. De topo geeft aan "90º+" het was ruim overhangend en in zeer slechte conditie. Veel ijs zat niet meer vast aan de wand waardoor je grote blokken ijs wegsloeg en nog minder ruimte had voor bijlen, voeten en ijsschroeven. In de rots was het niet altijd even goed af te zekeren met cams/nuts... Het kostte ons veel tijd om te klimmen, maar het lukte wel on-sight, gelukkig. Nog dezelfde dag klommen we ook 'The Vision', het volgende moeilijke stuk van de route. Twee pendules en een A3-gewaardeerde spleet geven de crux aan. Zowel de pendules als de A3 hebben we onsight vrij geklommen.

Op het derde ijsveld hebben we weer een bivak gemaakt. Het was erg, erg koud en het duurde lang voordat we het water konden koken. Inmiddels werd over de radio verteld dat het het goede weer nu toch echt over is. Veel wind (60-80 mph), -15 Farenheit en 6 inch sneeuw was de voorspelling voor de volgende avond. Echt slecht weer dus. De volgende ochtend, na een hele koude nacht in een zit-bivak met zeer veel wind, wilden we nog wel erg graag de laatste lengtes klimmen. We klommen tot en met het ijsveld en maakten onze laatste standplaats in het ijs voorbij het einde van de route zoals de eerste beklimmer Mugs Stump de route bedoeld had. Ons werd al eerder geadviseerd niet verder te klimmen met dit weer en na een paar abseils was het weer ook echt te slecht. De voorspelde sneeuw was er samen met die wind die niet meer weg geweest was sinds de vorige middag. We waren blij dat we niet verder geklommen waren tot de top van de berg, al was dat wel het originele plan toen we aan de route begonnen.

Volgens de locals kan het zijn dat er al eerder een vrouw de route heeft geklommen. Eerst kwam de naam Sue Nott naar voren, zij heeft de route wel geprobeerd, maar nooit kunnen klimmen. Later hoorde ik van ene Julie. Julie blijkt Julie Brugger te zijn en een aantal keer wordt haar naam genoemd als eerste vrouw die de route heeft geklommen. Op Supertopo kwam ik het volgende tegen: "...A few years earlier, in '93, with Andrew De Klerc, she had made the third ascent of the North Buttress of Mt. Hunter via the Stump/Aubrey "Moonflower Buttress" route. They took nine days to summit Mt. Hunter and then another five days to descend the west ridge in bad weather. ..."

Zoals bekend heeft Zoe Hart wel de route "Deprivation" geklommen samen met haar man Max, deze route is een nieuwere route en wat makkelijker dan de originele Moonflower route. Wat wel zeker is, ook volgens alle locals, is dat ik de eerste vrouw ben die de route volledig vrij heeft geklommen. En wij één van de eersten zijn na de eerste vrije beklimming in 2003 (niemand wist met zekerheid te zeggen of na de vrije beklimming in 2003 de route weer vrij geklommen is geweest).

Tijdens de afdaling hebben we zo veel mogelijk standplaatsen schoon gemaakt, verbeterd en oude pitons, cams en touwtjes meegenomen. Dit doen we zo goed als altijd als de omstandigheden het toelaten. We vroegen ons af wat we met het afval konden doen en vroegen het aan de Ranger die namens het nationale park Denali in het basiskamp aanwezig was. Hij vond het zo bijzonder dat we een speciale "onderscheiding" hebben ontvangen, de "Denali Pro Pin". (Dezelfde wordt uitgereikt wanneer je als klimmer meehelpt met bijvoorbeeld een redding of andere bijzondere taken in het gehele National Park. Per jaar worden er maximaal 100 uitgereikt, maar meestal zijn het er maar zo'n 20 per jaar die een "pro pin" ontvangen.)

Zo. En nu tijd voor douchen en een dikke Amerikaanse hamburger."

Deze trip wordt ondersteund door de NKBV.