door Wouter-Dirk Huitzing
Op zondag 22 januari werd ik verwacht in de Glenmore lodge in Aviemore, Schotland, voor de BMC winter meet. Een Britse vriend van mij, die ik ken uit de tijd dat ik in Chamonix woonde, woont nu in de buurt van Aviemore, dus ik besloot om twee dagen eerder af te reizen om met hem te kunnen klimmen.
Zondag 22/01
Na zondag overdag geklommen te hebben in de Cairncorms, werd ik 's avonds tegen 18uur bij de Glenmore lodge afgezet. Hier melde ik mij bij de BMC en Ik kreeg een chalet toegewezen samen met twee UK “hosts”, en twee guests (één uit Polen en één uit Roemenië). De eerste avond was er een gezamenlijke maaltijd, een lezing door Simon Richardson (één van de auteurs van het lokale klimgidsje) over Scottish winter climbs, en kregen we te horen met welke gastheer we de eerst twee dagen zouden klimmen. Verdeeld over de 6 klimdagen zouden de hosts en de guests elke 2 dagen van partner wisselen. Mijn eerste gastheer was David Gerrard, een Britse klimmer die al 7 jaar in Nederland woont. We spraken onze klimervaringen door en we maakte een plan voor de eerste klimdag.
Maandag 23/01
Maandagochtend hoefde we niet al te vroeg op, omdat de Glenmore lodge zo’n 10 min rijden verwijderd is vanaf de parkeerplaats, vanwaar men aanloopt. Tegen 9 uur verlieten we de parkeerplaats en rond 11 uur stonden we onder onze route, met links en rechts andere groepjes van de BMC meet.
Onze route was Western Route op No.4 Buttres in de sector Coirne an Lochain. Deze route is 120m hoog en gewaardeerd op IV,6. Wat betekend dat het gemiddeld een IV is, maar de hardste passage is gewaardeerd op 6. David leidde de eerste lengte, waarna ik de tweede korte lengte voor mijn rekening nam. Mijn lengte eindigde onder een verticale muur van zo’n 7 meter, waarin ik één duidelijk scheur kon ontdekken, maar meer niet. Dit moest de 6 passage zijn en ik kon in eerste instantie niet helemaal ontdekken hoe we die moesten overwinnen zonder rotsklimschoentjes. Hier zou ik mijn eerste les krijgen in Schots winter klimmen. Tijdens het klaar maken om de 3de lengte te leiden, veegt David de wand schoon van de sneeuw en rijp, en komen er nieuwe kleine scheurtjes te voorschijn. Met enige moeite overwint David de muur, en mag ik volgen. Nu ik heb kunnen afkijken waar de scheurtjes en treetjes zitten, is het vrij simpel om de bijlen op de juiste plekken te haken en de stijgijzers juist te plaatsen, zonder enige echte moeite kom ik, op deze eerst zo moeilijk lijkende muur boven. In de rest van de lengte zit nog een listig schoorsteentje, maar al snel sta ik weer naast David. De volgende lengte, een 60/65° sneeuw en ijscouloir, neem ik voor mijn rekening en dan rest er voor David nog een korte uitklim naar de top. Als we boven zijn begint het al langzaam te schemeren en we haasten ons naar beneden. Pas tegen 18uur, in het donker zijn we bij de parkeerplaats. Daar informeer ik of onze snelheid van de dag en het late arriveren normaal is in Schotland en dat blijk het geval. 'S avonds vernemen we namelijk dat de helft van de klimmers in het donker heeft afgelopen.
Na het eten hebben we s’avonds een lezing van Simon Yearsley over 'New Scottish routes in out of the way places'.
Dinsdag 24/01
Voor de dinsdag hebben we een route uitgekozen die ongeveer even moeilijk is, namelijk Deep Cut Chinney, IV, 4 in sector Hell’s Lum. Deze route is 150m hoog en staat bekend als een hele mooie route, alleen is Hell’s Lum wel een uur verder lopen dan Coire an Lochain. Dus gaat onze wekker om 5 uur, omdat we dit keer niet in het donker willen aflopen. Tegen 9 uur beginnen we aan onze klim. Na een vrij simpele eerste lengte, begint de Chimney. Het is een interessante klim met een afwisseling van rots, sneeuw, ijs en turf.
Voortdurend moeten we links en rechts de wand schoonvegen om plekjes te ontdekken om nutjes te plaatsen. Dieper en dieper gaan we de schoorsteen/geul in totdat ik in een soort grotje eindig en geen directe weg uit zie. Ik zeker David na en hij deelt mij mee dat we recht omhoog moeten. Ik ben hier in eerste instantie wel door verrast, maar net als de dag daarvoor laat David zien dat het een stuk minder moeilijk is dan dat het eruit ziet. Door middel van uitspreiden met de rugzak tegen de ene kant en de stijgijzers tegen de andere en hier en daar het haken van een ijsbijl in een spleet komen we snel boven. Bovenop blijkt het pas 13uur te zijn, maar in plaats van donker staan we nu midden in dichte mist. We navigeren met kaart en kompas terug naar de parkeerplaats, maar besluiten aan het einde, als de mist op trekt nog een korte omweg te maken over de top van de Cairngorm.
Deze avond hebben we eens geen lezing van een host, maar van een guest, Jen Olsen uit Canada. Ook wisselen deze avond de hosts en guests van partner. Mijn nieuwe partner is Gwilym Lynn. Met het oog op het weerbericht voor de volgende dag en het feit dat ik al drie dagen geklommen heb, besluiten we de volgende dag een rustdag te houden.
Woensdag 25/01
Omdat we vandaag een rustdag gepland hadden, konden we rustig aan doen. Op het terrein van de Glenmore Lodge staat een 7 meter hoog drytool wandje en een groot deel van de dag oefen ik met zowel hosts als guests op dit wandje.
'S avonds hebben we lange, maar geweldige lezing van Nick Bulluck over zijn eigen beklimmingen en ervaringen.
Donderdag 26/01
Op donderdag besluiten Gwilym en ik te gaan klimmen in Coire an Lochain, we willen graag Deepthroat doen, maar eenmaal onder aan de route blijkt deze niet in conditie te zijn. Daarom doen we een andere route die vlakbij ligt, Ewen Butress. Deze route is 90m hoog, III,4. Het is een heerlijk, mooi en simpel klimmetje. Voor deze dag is geweldig mooi weer voorspeld, maar ondanks dat staat er een sterke wind op de top en staan we boven in een white-out. Weer hebben we kaart en kompas nodig om terug bij de parkeerplaats te komen.
Tijdens het avondeten ontmoet ik mijn klimpartner voor de laatste twee dagen, Paul Headland. En na het eten hebben we een lezing van Greg Boswell and Will Sim, over hun ervaringen met Schots winter klimmen. Een erg interessante lezing en Will merkt tijdens de lezing op dat Schots winter klimmen waarschijnlijk de langzaamste klimsport is, waarschijnlijk zelfs de langzaamste sport ter wereld! Wat naar mijn ervaringen helemaal waar is.
Vrijdag 27/01
Na tot nu toe elke dag echt mixed te hebben geklommen, vraag ik Paul of het mogelijk is om wat Schots ijs te klimmen. Om aan mijn vraag te voldoen neemt hij me mee naar Salamander V,4, 160m in Hell’s Lum. Tijdens deze route leer ik pas echt wat Schots winter klimmen is. Ik vind de route serieus spannend en nadat ik tijdens het zekeren van de eerste lengte een stevig blok ijs op mijn linkerschouder krijg, besluit ik deze dag alleen maar na te klimmen. De eerste lengte is zacht ijs, je bijlen vliegen er heerlijk in, maar de eerste twee ijsboren kan ik er gewoon uit trekken. Zonder al teveel moeite kom ik boven, maar alle lust voor voorklimmen is weg, zeker als ik zie dat de 90° crux zo hard smelt, dat het wel op een douche lijkt. Paul ziet het ook niet zitten we besluiten naar een andere route links te traverseren. Hier zit al een ander BMC team in en we traverseren enkele meters verder. Hier volgen dan nog twee echte mixed pitches, die we niet konden terug vinden in de gidsjes, maar een roestige mephaak bewijst dat we niet de eerste zijn geweest. Weer staan we midden in een white-out en trekken we de kaart en kompas uit de rugzak. We hadden op de terugweg graag nog een tweede korte route gedaan, maar de route heeft langer geduurd dan gehoopt en de white-out bevorderd ook niet echt onze snelheid, dus besluiten we direct terug te gaan.
Deze avond hebben we de laatste lezing, weer van een guest, namelijk van Magnus Kastengren uit Zweden. Hij is wezen klimmen in Tibet er verteld daar uitgebreid over.
Zaterdag 28/01
De gehele week ben ik druk bezig geweest, dit terwijl ik momenteel aan beide achillespezen ben geblesseerd. Ik voel ze de laatste twee dagen weer hevig en daarom besluit ik dat het genoeg is geweest deze week en de laatste dag niet te klimmen. 's avonds is er nog een gezellige afsluiting en een eindfeest.
Zondag 29/01
En dan is het afgelopen en gaan we allemaal weer naar huis. Wat een mooi land. Wat een mooie manier van klimmen. Volgend jaar ben ik er weer! NKBV bedankt.