MENU

Nederlands Skimo team neemt deel aan World Cup in Schladming, Oostenrijk

Op 18 en 19 maart heeft het Nederlandse Skimountaineering Team deelgenomen aan de World Cup in Schladming, Oostenrijk. Op zaterdag stond het team klaar om mee te doen twee onderdelen: de Sprint op zaterdag en de Vertical van 2,2 km en 600 hoogtemeters op zondag. Een eerste live-uitzending op tv zorgden voor de nodige spanning bij de atleten. Nederlands Skimo-atleet Jens van Vliet neemt je mee in zijn voorbereiding en de wedstrijddagen.

De eerste uitdaging: de Sprint

Mijn eerste uitdaging van dat weekend was de Sprint, wat niet mijn kwaliteit is. Toch stond ik zaterdagochtend met hoop aan de startlijn. Ik had me immers goed voorbereid, ingelopen en mijn materiaal geoptimaliseerd. De Sprint is de meest gespecialiseerde discipline op de Skimountaineering World Cup kalender. Het bevat een korte ronde van ongeveer 600m met ongeveer 80 hoogtemeters waarin alles gevraagd wordt van de atleten: skinnen, portage, switchbacks, downhill skiën en natuurlijk ook transities. De downhill kan variëren van een klassieke slalom tot een moderne ski cross parcours. Dit alles gebeurt in ongeveer 3-4 minuten, wat deze discipline voor de atleten zeer intensief en spannend maakt. Ook de toeschouwers kijken met grote ogen hoe de atleten zich een weg banen door het parcours. In 2026 zijn de Sprints te aanschouwen tijdens de Olympische Spelen in Cortina.

Bij de Sprint gaat het om secondewerk. Hierdoor voelde ik me soms te gehaast, waardoor mijn kwalificatie niet ging zoals ik had gehoopt. De transitiezones bleken deze dag mijn Goliath. Tijdens de eerste had ik problemen met mijn ski's en de laatste transitiezone raakte ik met mijn ski een paal, waardoor ik achteruit skiede en hiermee kostbare tijd verloor. Toen ik de finish had behaalde, moest ik eerst flink op adem komen. Een kwalificatieplek zat er deze dag niet in. Dit gaf mij tijd om te kijken naar de vervolgrondes en zoveel mogelijk te leren van de wereldtoppers. Hoe gaan zij zo'n race aan, welk materiaal nemen ze, welke race-line kiezen ze, hoe doen ze de transities? Dat zijn allemaal punten waar wij als team nog enorm veel van kunnen leren.

De tweede uitdaging: de Vertical

De tweede wedstrijd op zondag was gelukkig minder spannend. Rond 10 uur begon ik met mijn warming-up. Rustig en langzaam om een gevoel voor de sneeuw te krijgen en om het parcours te verkennen. Tussendoor heb ik een paar kleine sprints ingebouwd om mijn spieren voor te bereiden op de inspanning die komen gaat. De single Vertical is ongeveer 25 minuten volle bak gas geven. Hier moet ik mijn lichaam goed op voorbereiden.

De race zelf begon snel. Van tevoren wist ik dat ik moeite zou hebben om de koplopers bij te houden. Gelukkig wist ik vrij snel mijn eigen tempo te vinden en kon ik deze goed aanhouden. Het was een warme dag en dit maakte de race niet makkelijk. Bovendien was dit een van de steilste World Cup Verticals ooit. Het moest ook wel steil zijn, want in deze Vertical ging de "Planai" omhoog, de skipiste waar ook de Alpine World Cup Slalom in Schladming naar beneden komt. Uiteindelijk eindigde ik op de 51e plaats.

Kijken naar de toekomst

Langzaam maar zeker worden de scores beter en dit biedt hoop en motivatie voor de volgende wedstrijden. De volgende race als team staat gepland op 12 april in het Noorse Tromsø, waar het laatste World Cup-station van het seizoen is.

Terug naar overzicht