MENU

Een onuitputtelijke hoeveelheid energie, een bepaalde rusteloosheid en een moeizame zoektocht naar de partner die hem technisch kon bijbenen - dat is het beeld dat uit Han zijn woorden naar voren komt. Zijn klimmaten Bert Vonk en Jaap Dijkhuis herkennen zich hierin, maar bewaren toch vooral goede herinneringen.

Bert Vonk vertelt: “Han was in die tijd echt de ongekroonde koning van het Nederlandse alpinisme. Een natuurtalent. Hij straalde rust en zelfvertrouwen uit als hij klom. Ik heb goede herinneringen aan onze tochten in de Wilder Kaiser en Salbitschijen. Hij had een droog soort humor en we klikten goed. Zijn prestaties bleven vaak onder de radar, want Han liep daar niet mee te koop. Ik denk dat Han dacht dat het toch niet begrepen zou worden.”

Jaap Dijkhuis blikt terug:

‘Han woont nu in Brazilië, maar ik zie hem nog steeds als een hele goede vriend van mij. Als we vroeger samen klommen, waren we altijd grappen aan het maken. We kenden elkaar sinds 1968 via het Utrechts Studenten Corps en de USAC en we zaten samen in het bestuur. Han was altijd best op zichzelf, niet per se naar mij, maar zo werd hij soms ervaren. Han en Claudio Barbier hadden in die zin ook wel iets met elkaar gemeen. Allebei vrijgevochten, heel intelligent en allebei hele goede klimmers. Maar dat solitaire van Han zorgde er misschien ook voor dat het moeilijk was om de perfecte klimmaat te vinden. Ik heb weleens gedacht dat hij eigenlijk hoopte dat ik een betere klimmer zou worden, want tussen ons werkte het heel goed. Maar ik had simpelweg niet zijn niveau. Han maakte aansluiting met de internationale top.”