In de zomer van 1975 waren Ronald Naar en Ton Couperus in topvorm. In het boek Klimmen: op zoek naar evenwicht (1981) beschreef Ronald hoe Ton en hijzelf in een periode van slechts 10 dagen achtereenvolgens beklimmingen van de Droites noordoostpijler, Dru noordwand en de Croz-pijler op de Grandes Jorasses volbrachten. Het gaat stuk voor stuk om lange en technische ondernemingen in het Mont Blanc gebied. De Croz-pijler was het hoogtepunt in de lijst gezamenlijke tochten van Ronald en Ton.
Toen Ronald en Ton de Grandes Jorasses overwogen, kozen ze bewust voor de Croz-pijler. Het gecombineerde karakter van de route sprak ze aan. Wat mogelijk ook meespeelde, was het gegeven dat de eerste Nederlandse beklimming van de bekendere Walker-pijler al in 1971 was gedaan door Bert Maas en Marleen Schalkwijk. De Croz-pijler was nog helemaal niet door Nederlanders beklommen. Ook vandaag de dag zijn er maar weinig klimmers die de originele route uit de jaren '30 volgen. Dit komt voornamelijk door de matige rotskwaliteit.
Ronald en Ton hadden in de voorgaande jaren ook veel andere technische rotstochten met elkaar geklommen. De beklimming van de Croz-pijler was voor Ronald tevens de eerste noordwand uit de bekende trilogie van de Eiger, Matterhorn en Grandes Jorasses. Na de zomer van 1975 verlegde Ronald steeds meer zijn horizon naar gebieden buiten de Alpen. In de zomer van 1976 ging hij voor het eerst op expeditie naar Pakistan. Vanaf 1977 vormde hij vooral een touwgroep met Bas Gresnigt.
Vul het formulier in en upload de documenten waarmee je dit artikel wilt aanvullen.