In september 2022 reisde de derde lichting van de NKBV Expeditie Academie af naar Kirgizië. Het was de afsluiting van een opleidingstraject van drie jaar. In de Min Teke-vallei klom het team onder uitdagende omstandigheden verschillende nieuwe routes.
De Expeditie Academie is een project van de NKBV en leidt jonge en getalenteerde Nederlandse bergsporters op tot allround alpinisten die eerstbeklimmingen doen in ongebaand terrein. Met als kroon op de opleiding: een expeditie in een van de ‘Greater Ranges’ in de wereld.
Min Teke ligt in het zuidwesten van Kirgizië, vlakbij de grens met Tadzjikistan. Er waren twee eerdere Westerse expedities geweest. Veel toppen zijn vermoedelijk eerder beklommen door klimmers uit de Sovjet-Unie, waarschijnlijk over de meest toegankelijke routes.
Het team arriveerde op 7 september in de vallei, na een trekking van drie dagen vanaf Bezpass. Basiskamp was gesitueerd op 3000m, op een plateau voor de splitsing van het dal in twee vertakkingen. Na aankomst in basiskamp zijn zowel de oostelijke als zuidelijke vertakking door het team verkend.
In de oostelijke vertakking ontdekte het team twee ijslijnen op een verborgen berg die zij daarna ‘Hidden peak’ (ca. 5000m) noemden. In de zuidelijke vertakking is Min Teke de meest prominente top, beklommen door het Zwitserse team over de noordwestgraat. Tijdens de verkenning klauterden Robert, Noor, Martin en Jeffrey naar een kleine rotstop (4105m). Vanaf hier zagen zij een mogelijke overschrijding van drie toppen ten oosten van Min Teke, waarvan op eentje een solo poging is gedaan door één van de Zwitserse teamleden.
Na de verkenning was het team klaar voor het echte werk. Vanuit een vooruitgeschoven basiskamp (ABC) op 3900m klommen twee teams nieuwe ijslijnen op ‘Hidden Peak’. Noor, Regien en Bas klommen het oostcouloir (1000hm, TD- AI3, M4) en noemden hun route ‘Diagonale du Fou’. Dennis en Anniek klommen een 400m lange ijslijn op de noordwand, gevolgd door het oostcouloir op 4600m (1000hm in totaal TD+ AI5 M4) en noemden hun variant ‘Directe du Fou’. De twee teams hebben gezamenlijk het laatste deel geklommen en besloten af te dalen na de technische moeilijkheden, voordat de top werd bereikt, op een hoogte van ongeveer 4900, omdat ze geen bivak materialen bij zich hadden.
Een ander team, bestaande uit Martin, Robert, Sjoerd en Court vonden ondertussen een route naar twee van de drie toppen die zij voor ogen hadden. Vanaf een ABC op 4100m, klom het team de westgraat naar een top van 4830m die ze de naam Borborduk çoku gaven, wat centrale top in het Kirgizisch betekent. De volgende dag vervolgde het team de overschrijding met een beklimming van de oostwand van een sneeuwtop van 5149m, die zij Ak Too hebben genoemd: ‘Witte berg’. Aangezien het team nog niet voldoende geacclimatiseerd was, was het vanaf hier te ver om door te klimmen naar de derde top en besloten ze om te keren.
Tijdens een tweede poging, een week later, is een team bestaande uit Martin, Regien, Sjoerd en Court in twee dagen naar Ak Too geklommen. Vanaf hier klommen ze de noord-oostwand van de derde top over een 60° ijs- en sneeuw helling. Over de oostgraat (rots tot 4c) bereikte het team alsnog de derde top, die zij Pik Sindre hebben genoemd, naar een overleden vriend van Sjoerd.
Tijdens dezelfde periode van goed weer zijn ook twee andere teams op pad gegaan naar de zuidelijk vertakking van de vallei, voor pogingen op twee andere toppen. Jeffrey en Michiel hadden hun oog laten vallen op een technische lijn op een top zonder naam (ca. 5015m) die aardig leek op de beroemde Frendopijler in Chamonix.
Vanaf een ABC op de gletsjer startten zij met de beklimming van de noordwand. In twee dagen hebben ze deze technische rotswand overwonnen, met lengtes tot 6c, over rots van wisselende kwaliteit. Op de derde dag klommen ze de 400m lange sneeuw- en ijsgraat naar de top, die zij Pik Luis noemden, naar een overleden vriend van Michiel. Voor de afdaling volgden ze hun spoor over de sneeuw-/ijsgraat en op de vierde dag vervolgden ze de afdaling door de noord-oostwand (1000m route, ED, 6c, 70°).
Ondertussen deden Bas, Dennis en Anniek een poging op Pik Elephant (ca. 5400). Ze richtten een ABC in en klommen de 700m lange westwand, met tot 50° ijs. Na een bivak op 5000m vervolgden ze de route over de noordgraat. Na zeven touwlengtes (tot M5), besloten ze hun poging te staken vanwege zeer slechte sneeuw-, ijs- en rotscondities.
Vanuit hetzelfde ABC, tijdens een laatste periode van mooi weer, deden Robert en Dennis een poging op een ijslijn op een top zonder naam tussen peak Elephant and Pik Luis. Na 400m klimmen over sneeuw en ijs tot 50°, gevolgd door twee korte, steilere ijslengtes (tot 70°), bereikten ze een steile, smalle gully. De eerste pitch bestond uit zeer dun, luchtig ijs. Aangezien het niet mogelijk was zekeringen te plaatsen in de omliggende rots, besloot het team af te dalen door over de wand te abseilen.
Tot slot klommen Robert en Noor in één dag Muhz Teke (ca. 4950m), waarvoor ze vroeg in de nacht vanuit het basiskamp vertrokken. Tot 4700m lag er geen sneeuw in de route, waarna ze een ijshelling (35°) klommen, gevolgd door een relatief vlakke graat met rots torens (met passages III en IV) tot de top.
Gedurende de expeditie zijn meerdere rotsroutes geklommen. Op de grote kalkwand boven het Zwitsers basiskamp zijn drie routes geopend. Jeffrey en Michiel klommen een 700m lange route tot 6b. Robert en Dennis klommen een 400m lange route van 12 touwlengtes tot 6a, welke zij ‘Scharf’ noemden. Bas, Regien en Anniek klommen een 800m lange route van 25 touwlengtes tot 6a en noemden deze ‘Zigzag into the night’.
Op de kalkwanden direct boven basiskamp zijn meerdere kortere rotsroutes geklommen. Court en Anniek klommen een 150m lange graat, IV, met één passage 5a, naar de zogenaamde ‘Basecamp tower’. Robert, Noor en Regien klommen een 200m lange route, 5b, ‘Steenbokkenpoep’. Bas en Dennis klommen een route van 100m tot 6a+, ‘Klittenband’. Jeffrey en Michiel klommen een 150m lange route tot 6a, (F)Eline. Tot slot, klommen Dennis en Michiel op de wand tegenover basiskamp een route van 300m tot 6c, ‘Vulture Nest’.
Over het geheel waren de sneeuw en ijscondities matig, door ofwel hard, blank ijs, ofwel zeer zacht, luchtig ijs dat moeilijk af te zekeren is. De rotskwaliteit was wisselend, met stabiele granieten wanden op Pik Sindre en Pik Achu, scherpe kalkwanden boven basiskamp en zeer losse, zanderige rots op Pik Elephant. Het weer is over het geheel genomen vrij goed geweest, met enige sneeuwval en harde winden op hoogte, maar ook langere periodes van vijf tot zes dagen met stabiel weer.
Aanloop naar basiskamp.
Zicht op het massief: de meest prominente piek is Min Teke.
Teamfoto, v.l.n.r: Bas, Regien, Michiel, Anniek, Dennis, Noor, Robert, Martin, Boris, Sjoerd, Court en Jeffrey liggend.
Zicht op Pik Stalin tijdens de verkenningstocht.
Tochten plannen vanuit basikamp.
Routes voorbereiden.
Acclimatiseren op de col tussen Ak Too en Pik Sindre.
IJslengtes in het oostcouloir op Hidden Peak.
IJslengte op Hidden Peak.
Bovenaan de technische moeilijkheden op Hidden Peak.
Poging op Pik Sindre.
Richting de top van Pik Sindre.
Sjoerd op de top van Pik Sindre.
Topgraat van Pik Sindre.
Regien, Sjoerd, Court en Martin de top van Pik Sindre.
Anniek in de westwand van Pik Elephant.
Ploegen door de sneeuw.
Jeffrey en Michiel zijn blij nadat ze een lange route door de noordwand en over de noordgraat van Pik Luis hebben geopend.
De route die Jeffrey en Michiel klommen (Pik Luis).
Pik Sindre in het avondlicht.
Vul het formulier in en upload de documenten waarmee je dit artikel wilt aanvullen.