In september 1964 vertrokken de 3 Nederlandse studenten Jan G. de Lint (21) uit Den Haag, Charles Dufour (23) uit Bilthoven en Fons Driessen (21) uit Amstelveen naar Nepal om de 7126 meter hoge bergtop Himlung Himal te beklimmen. Ze werden vergezeld door Hubert Schriebl, een Oostenrijkse berggids. In Nepal voegde ook expeditieleider Jan Boon zich bij de groep.
De Himlung Himal (7126m) was op dat moment nog onbeklommen: een eerdere poging van een Japanse expeditie in 1963 was mislukt. De berg bevindt zich in de Peri Himal in het district Manang, op anderhalve kilometer van de Tibetaanse grens. Manaslu (8163m) ligt 28 kilometer naar het zuidoosten. Het Nederlandse team had één klein en vaag fotootje van Himlung Himal van de Japanners gezien voordat ze besloten de expeditie op te tuigen.
In de jaren negentig, een paar jaar na de eerste beklimming van Himlung Himal in 1983, gaf de Nepalese regering bij het afbakenen van de grens met China de traditionele naam Himlung Himal aan een andere berg, ongeveer 4 kilometer naar het noorden. De voorliggende berg die de Nederlanders wilden beklimmen heette toen Himlung Himal, maar wordt tegenwoordig Nemjung Himal genoemd.
Zodra de Nederlanders voor het eerst zicht kregen op de berg, sloeg meteen de twijfel toe: de berg zag er veel ingewikkelder uit dan zij aanvankelijk dachten. Is hij wel beklimbaar? Na een paar pogingen tot het beklimmen van de zuidgraat strandden de klimmers op circa 5600m hoogte. Toen gaven ze het op. Voor de beklimming zou een veel groter team nodig zijn, veel vaste touwen en veel ladders. Onmogelijk om de top te halen met het huidige team en de uitrusting die zij bij zich hadden.
Vanuit het basiskamp hadden de Nederlanders prachtig zicht op Manaslu II, een 8163 meter hoge berg. De noordtop daarvan gold in 1964 als zevenduizender: hij werd gemeten op 7157 meter [na een nieuwe meting bleek de top nét geen zevenduizender te zijn, red.]. De interesse was gewekt.
Het team trok de stoute schoenen aan en gooide het hele plan om. Ze verplaatsen hun basiskamp en richtten de pijlen op een nieuwe berg. Het nieuwe plan verliep voorspoedig. Via 4 vaste kampen bereiken Jan de Lint, Fons Driessen, Hubert Schriebl, Nima Tensing Sherpa, en Ila Tshering Sherpa op 25 oktober om half 6 in de ochtend de noordtop van Manaslu. Charles Dufour, die eerder tijdens de expeditie al ziek werd en een tijdje is opgenomen in het ziekenhuis van Kathmandu, bereikte de top niet maar leverde een bijdrage aan de expeditie door materiaal omhoog te dragen.
Nemjung Himal boven de Himlung-gletsjer, Kechakyu-gletsjer vanuit het zuidoosten.
Richting het Himlung Himal basiskamp, zicht op het Manaslu massief vanuit het noord-noordwesten.
In het Himlung Himal basiskamp. Jan Boon, Hubert Schriebl, Fons Driessen en Tenzing Gyalltso met sherpa's.
Manaslu I en Manaslu II en de bergketen die richting Larky La gezien vanuit het noordwesten tijdens een verkenning.
Manaslu II boven de Syanche-gletsjer vanuit het noordoosten, gezien vanuit het dorp Larkya.
Manaslu basiskamp ten noorden van Sama.
Kutang Himal vanuit Kamp 1A.
Manaslu II vanuit Kamp 1B.
Kamp 2 op de Naike Col. Jan de Lint en Jan Boon bereiden zich voor op hun toppoging.
Een steile touwlengte in de ijsval tussen kamp Kamp 3 en Kamp 4.
Boven Kamp III. Naike Col en Naike Peak. Transhimalaya aan de horizon.
Op de top van Manaslu II.
Vul het formulier in en upload de documenten waarmee je dit artikel wilt aanvullen.