Na twee eerdere pogingen (1994 en 1995), claimt Bart Vos in oktober 1996 solo een nieuwe route door de oostwand van Dhaulagiri te hebben geklommen en hierna de top te hebben bereikt. Dat zou een prestatie van internationaal formaat zijn. In de klimwereld wordt sterk getwijfeld aan deze claim.
Bart Vos stelt in zijn eentje een nieuwe route door de oostwand te hebben geklommen. Op 11 oktober vertrok hij uit het basiskamp en op 17 oktober zou hij de top hebben bereikt, na het maken van een kamp op de noordoost col, verschillende bivaks in de oostwand, en een bivak op de noordoostgraat. Op 19 oktober was ook de afdaling voltooid en zou hij zijn teruggekomen in basiskamp. Deze data zijn later door Vos aangepast (zie onder). Tijdens zijn beklimming waren er ook Oostenrijkers en Russen actief op de berg, die de beklimming van Vos in twijfel trekken. Bij zijn terugkeren in Kathmandu ontving Vos van het Nepalese Ministerie van Toerisme geen certificaat van de topbeklimming, vanwege de bestaande twijfels en het feit dat Vos geen voldoende duidelijke topfoto kon overhandigen.
In de gezaghebbende Himalayan Database van Elizabeth Hawley staan het volledige verhaal en de claims uitgebreid beschreven. Belangrijk is het verhaal van de vier Russische klimmers, die in oktober 1996 gelijktijdig met Vos op de berg waren en later de Nederlandse klimmer Mariska Mourik (Everest-teamgenoot van Vos in 1984) tegenkwamen. Haar verhaal aan Hawley:
"Ik heb nooit getwijfeld aan Bart's beklimmingen van Cho Oyu en Dhaulagiri (de derde poging in 1996). Ik geloofde dat Bart wilde bewijzen, aan zichzelf en aan anderen, dat hij in staat was om de hoge toppen van de Himalaya te beklimmen. Maar toen, door puur toeval , ontmoette ik (leden van het Russische Dhaulagiri-team) Alexei Choestrev en Nikolay Pimpkin in Chamonix in de zomer van 1997.
Tijdens ons gesprek vertelden ze dat ze in het najaar van 1996 op de Dhaulagiri waren geweest. 'Dan moet je Bart Vos hebben ontmoet', zei ik, 'een Nederlander die de top bereikte nadat hij solo een nieuwe route in de oostwand had afgelegd.' Van Nicolay en Alexei begreep ik dat Bart de normaalroute klom, de noordoostgraat, samen met alle andere aanwezige teams, en dat hij niet hoger kwam dan het kamp op 7200m. Hij [Vos] volgde Alexei en Nickolay bij hun toppoging, maar gaf het eerder dan hen op en keerde terug naar het basiskamp. Alexei schrok toen ik hem een artikel uit een Nederlandse krant liet zien met een tekening van de Oostwand en Bart's nieuwe route. 'Er was daar niemand, er was niemand,' herhaalde Alexei steeds, terwijl hij een wissende beweging maakte met zijn hand over de stippellijn recht omhoog door de Oostwand.
Eenmaal terug in Sint-Petersburg stuurde Alexei me een vertaling van het dagboek van zijn broer (broer Nikolai was ook lid van hun team) waarin de ontmoetingen van de Rus met Bart worden genoemd, en hij stuurde me de gedateerde foto's van Bart die wodka dronk met de Russen in hun ijsgrot in kamp 2 (op 13 oktober, toen hij naar eigen zeggen helemaal alleen in de oostwand zou zitten). Alexei en Nickolay vertelden me herhaaldelijk dat Bart, terwijl hij op de berg was, en later dat jaar tijdens de jaarlijkse bijeenkomst van klimmers uit St. Peterburg, waarvoor Bart was uitgenodigd omdat hij een deel van de Russische expeditie door de sneeuwstorm had geholpen tijdens de terugtocht, nooit deed alsof hij de top van Dhaulagiri had bereikt, en dat hij voor de vierde keer terug zou moeten. Maar in Nederland vertelde hij een totaal tegenovergesteld verhaal en beweerde dat hij solo de Oostwand had beklommen en de top had bereikt op 17 oktober (toen hij volgens het Russische dagboek al op weg was naar het basiskamp). (Bron: The Himalayan Database)
De Russen lieten later in een reactie op een vraag van Volkskrant-journalist Toine Heijmans in het midden of Vos nu op de top heeft gestaan of niet. “Nooit, ik herhaal: nooit zal ik kunnen zeggen of Bart op de top stond, of niet. Om de simpele reden dat ik zelf niet op de top heb gestaan, en het dus niet heb kunnen zien." (Bron: De Volkskrant, ‘Soap rond Bart Vos wordt vervolgd’, 4 maart 2000).
In maart 2000 spande Vos een rechtszaak aan tegen het Algemeen Dagblad vanwege een artikel dat de krant had gepubliceerd, geschreven door Milja de Zwart, waarin werd geconcludeerd dat Vos de Everest en Dhaulagiri I niet had beklommen. In april oordeelde de rechter in het voordeel van het Algemeen Dagblad, omdat er volgens de rechter voldoende tegenstrijdigheden zijn en te weinig bewijs in het voordeel van Vos om de beklimmingen publiekelijk in twijfel te trekken. Vos ging niet in hoger beroep.
Bart Vos houdt anno 2023 vast aan zijn topclaim. Hij stelt dat de foto's die hij van zijn beklimming heeft gemaakt in 2000 zijn bestudeerd door Belgische klimmers die een paar jaar eerder de Dhaulagiri beklommen via de normaalroute. Zij concludeerden dat de opnames van Vos "wel in de oostwand genomen moesten zijn, onder andere door de verschuiving van de achtergrond en ander terrein, mixed versus sneeuw en ijs." Ook claimt Vos dat hij na terugkomst in Nederland zijn dia's heeft opgestuurd naar het Nepalese Ministerie van Toerisme, dat deskundigen ze hebben beoordeeld en tot dezelfde conclusie kwamen. De beklimming werd volgens Vos daarna ‘accepted’ en opgenomen in het overzicht van het Nepalese Ministerie van Toerisme. Dit hebben wij niet kunnen controleren.
Ook stelt Vos dat hij zich vanwege een verloren aantekeningenboekje in de data heeft vergist en dat het verhaal van de Russen die stellen dat Vos op 13 oktober met hen wodka dronk in een sneeuwhol daarom geen betrekking heeft op zijn beklimming.
Vul het formulier in en upload de documenten waarmee je dit artikel wilt aanvullen.