Op 17 juli 1995 bereiken Hans van der Meulen en Ronald Naar in gezelschap van hun hoogtedragers Mehrban Sjah en Rajab Sjah als eerste Nederlanders de top van de 8.616 meter hoge Himalaya-reus K2 in Pakistan. K2 is na Mount Everest de op één na hoogste top van de wereld, die vanwege de vele ongelukken bekend staat als killer mountain. De Seven Up K2 Expedition ‘95 werd een expeditie met grote tegenslagen en bijzondere successen. De topprestatie van Ronald Naar en Hans van der Meulen (die de berg zelfs zonder extra zuurstof beklom) is een hoogtepunt uit de Nederlandse klimgeschiedenis.
De K2 is een 8611 meter hoge berg in de Karakoram, op de Pakistaans-Chinese grens. Het is de op een na hoogste berg ter wereld, na de Mount Everest. De K2 geldt als ‘heilige graal’ voor bergbeklimmers en is volgens veel kenners de moeilijkst te beklimmen bergtop ter wereld. Na vele mislukte pogingen werd K2 in 1954 werd de berg voor het eerst bedwongen door Lino Lacedelli en Achille Compagnoni, leden van een Italiaans team onder leiding van Ardito Desio. Sinds de eerste beklimming van de berg in 1954 heeft bijna één op de vier klimmers die de top bereikten tijdens de afdaling de dood gevonden.
In 1993 werd de eerste Nederlandse poging om K2 te beklimmen ondernomen door de Nederlanders Wim van Harskamp en Bob Schelfhout, samen met twee Canadezen en een Australiër. Zij kwamen tot ca. 7500 meter hoogte op de Abruzzigraat.
De Seven Up K2 Expedition ‘95 was een initiatief van Ronald Naar. Hij kreeg een zeer gemêleerd gezelschap op de been. De ‘oude garde’ bestond naast hemzelf uit de ervaren expeditieklimmers Edmond Öfner en Hans van der Meulen. Daarnaast nodigde hij een aantal ‘jonge honden’ uit, enthousiaste en gedreven klimmers die nog niet zo vaak op expeditie waren geweest maar een grote drive hadden om naar K2 te gaan. Dit waren Thierry Schmitter, Wilco van Rooijen en Cas van de Gevel. Verder sluiten cameraman Bert Geeraets, artsen Ronald Hulsebosch en Wouter Beelen, en de basecampmanagers Joost Cohensius en Arjan van de Waardenburg aan.
Samen met 297 dragers gaat het team te voet vanuit Askole op weg richting basiskamp. Na 80 moeizame kilometers over de woeste Baltorogletsjer worden de 6.500kg bagage gelost in het K2 basiskamp, op 4.950 meter hoogte. Het team krijgt bij de beklimming ondersteuning van 5 ‘hoogtedragers’ die meeklimmen en helpen bij het prepareren van de route over de Abruzzi-graat. Zij helpen met het installeren van kampen, het aanleggen van vaste touwen, en het omhoog brengen van voedsel, zuurstof en klimmaterialen.
De expeditie begint voorspoedig. Op 13 juni is Kamp I geïnstalleerd door Thierry, Cas en Hans. De volgende dag klimmen de Nederlanders verder boven Kamp I en leggen ca. 150 meter vast touw aan. Thierry weet even later, in het team met Ronald, Edmond en 2 hoogtedragers, als eerste 'House's Chimney' te beklimmen, een zeer steile rots- en ijspassage vernoemd naar de Amerikaanse klimmer Bill House.
Na dit succes is het de beurt aan Wilco, Cas en Hans om Kamp II op te bouwen. Maar onderweg, een eind boven Kamp I, slaat het noodlot toe en wordt Wilco hard in zijn gezicht en op zijn bovenarm getroffen door vallend gesteente. Wilco is zwaargewond, bloedt hevig en moet acuut naar beneden. Hans geeft hem pijnstillers en bindt Wilco vast aan zijn eigen klimgordel. De afdaling naar Advanced Basecamp (ABC) duurt 6 uur. Daar neemt expeditiearts Ronald Hulsebosch de zorg over. Voor Wilco is de expeditie afgelopen en een paar dagen later wordt hij met een helikopter van het Pakistaanse leger afgevoerd.
In deze hectische dagen na het ongeluk van Wilco is het team enige tijd besluiteloos over het verdere verloop van de expeditie en de klimstrategie, maar uiteindelijk gaan de Nederlanders door. Edmond en Hans zijn aan de beurt om Kamp II te installeren. Temidden van razende sneeuwstormen plaatsen ze twee koepeltenten op 6000 meter hoogte. Daarna verkennen ze een stuk van de route boven Kamp II en dalen af. En dan slaat het noodlot opnieuw toe. Edmond komt ten val bij het abseilen en breekt zijn schouderblad. Hans begeleidt hem terug naar het basiskamp.
Na het ongeluk van Edmond fixeren Thierry, Ronald, Cas, Radjab en Sarwhal touwen tot bijna 7.000m. Cas krijgt echter steeds meer last van darmstoornissen en moet ook afhaken. Thierry, Hans en Ronald gaan door en prepareren een route naar Kamp III op 7.350 meter hoogte. Edmond bereikt, ondanks zijn gebroken schouderblad, toch nog Kamp III. Maar als het weer verslechtert draait het team om en daalt af naar basiskamp. De spullen worden bij de tenten achtergelaten.
Na een herstelperiode van een kleine week wagen Thierry, Ronald, Hans, Radjab en Mehrban een toppoging. Vanaf Kamp III besluit Ronald gebruik te maken van zuurstofflessen. Vanuit Kamp IV op 7.800 meter hoogte vertrekken ze om 2.00 uur ‘s nachts in alle vroegte richting de ‘bottleneck’, de sleutelpassage van de toppiramide. Op 8.000 meter besluit Thierry om te draaien. Hij is uitgeput en kan niet verder.
Hans en de twee Pakistaanse hoogtedragers sporen het hele traject tot boven de ‘bottleneck’ en richting de topgraat. Onderweg fixeren ze extra touw om verzekerd te zijn van een veilige terugtocht. Het weer is uitstekend. Op de graat is de sneeuwlaag hard en en gaat het sneller. Radjab en Mehrban bereiken als eerste de top, gevolgd door Hans en daarna door Ronald. Na 17 uur beulen en een expeditie die behoorlijk wat tegenslag heeft gezien, staan Hans en Ronald als eerste Nederlanders op de top van K2. Radjab en Mehrban zijn de eerste Pakistanen die de top van K2 bereiken.
Tientallen dragers onderweg naar basiskamp met zicht op K2.
Het Nederlandse basiskamp in de sneeuw.
Wouter Beelen legt de laatste meters af naar Kamp I op 5.950m hoogte.
Thierry Schmitter klimmend tussen Kamp I en Kamp II.
Wilco van Rooijen is geraakt door een steen en moet gered worden.
Na een week wachten arriveert de helicopter voor Wilco.
Wilco verlaat basiskamp op weg naar het ziekenhuis.
Thierry Schmitter in House's Chimney.
Moeilijke klimpassage in House's Chimney.
De hoogtedragers Mehrban Shah en Rajab Shah bereiden zich in Kamp II, gelegen op 6650m hoogte.
Thierry Schmitter ploetert het laatste stuk naar het op 6650m hoogte gelegen Kamp II. Aan de horizon de Godwin Austen-gletsjer met de bergen Chogolisa (7628m) en Masherbrum (7831m).
Twee tenten van de Brits-Amerikaanse expeditie van Rob Slater en Alison Hargreaves naast het Nederlandse Kamp III .
Op 7.950 meter hoogte klimt Thierry Schmitter tegen de helling van de schouder van de K2 op. In de verte ontvouwt zich het panorama van Chinees Turkestan. Archief: Tilleke Lippmann.
Op 7950m hoogte, aan de voet van de topopbouw van de K2, onder de bekende 'Bottleneck' en traverse.
Voorbij de bottleneck, de top van K2 komt in zicht.
Hans van der Meulen op de top van K2.
De ochtend na de topbeklimming, afdalen over de gneiss-rotsen van de Zwarte Pyramide.
Team komt aan op Schiphol.
Vul het formulier in en upload de documenten waarmee je dit artikel wilt aanvullen.